1

Geen verlaagd tarief btw meer voor de installatie van zonnepanelen in jonge woningen?

Tot eind 2023 is het verlaagd tarief van 6% btw van toepassing bij de levering en plaatsing van zonnepanelen, zonneboilers en warmtepompen indien de woning jonger is dan 10 jaar en op voorwaarde dat aan alle andere voorwaarden is voldaan.

Deze regeling dooft uit en vanaf 01/01/2024 zal er terug 21% btw verschuldigd zijn op deze leveringen en plaatsingen.

Misschien toch nog snel investeren in 2023 of er voor zorgen dat U een grote voorschotfactuur voldoet vóór eind december 2023 aan het verlaagde tarief 6%. Dit in de wetenschap dat de plaatsing dan ook best gebeurt in het begin van 2024.

Meer info vindt u op de website van FOD Financiën.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 29/09/2023)




Binnenkort een btw-tarief van 9%?

Indien de plannen van Minister Van Peteghem geheel of gedeeltelijk werkelijkheid worden, dan wordt binnenkort mogelijks een btw-tarief van 9% ingevoerd.

Het mag gezegd worden dat ten gevolge de invoering van dit nieuwe tarief, het tarief van 6% enkel nog van toepassing zal zijn voor enkele uitzonderingen zoals onder meer de elektriciteit en gas voor huishoudelijk gebruik.

De impact van een eventuele invoering van het nieuwe tarief van 9% zal de burger ervaren bij de inkoop van voedingswaren en dit zelfs rekening houdende met het gegeven dat een aantal basisproducten wellicht niet langer meer aan btw zullen onderworpen worden.

De zwaarste impact zal de burger in zijn buidel voelen in het geval er renovatiewerken moeten gebeuren aan diens woning ouder dan 10 jaar. Ons inziens niet handig in de wetenschap dat men anderzijds diezelfde burger tot renovatie wil aanzetten om andere doelstellingen te realiseren.

Wordt vervolgd …

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 29/03/2023)




Welke intresten van toepassing voor inkomstenjaar 2023?

Ook voor inkomstenjaar 2023 werden een aantal intrestvoeten wettelijk vastgelegd. Gezien de forse stijging van sommige intrestvoeten wensen wij U deze niet te onthouden:

  • intresten voor vorderingen op B2C klanten: 5,25%
  • intresten voor vorderingen op B2B klanten: 10,5% (eerste semester 2023)
  • verwijlintresten schulden vennootschapsbelasting: 4%
  • verwijlintresten schulden personenbelasting: 4%
  • verwijlintresten schulden btw: 8%
  • moratoriumintresten tegoeden vennootschapsbelasting/personenbelasting: 2%
  • moratoriumintresten tegoeden btw: 6%
  • creditintrest R/C bestuurder: 5,7%
  • debetintrest R/C bestuurder: ??

De debetintrest voor de vorderingen van de vennootschap op de bestuurder/zaakvoerder zal slechts bekend worden gemaakt in het voorjaar van 2024. Gezien de stijgende intrestvoeten valt het te verwachten dat deze debet-intrest aanzienlijk hoger kan zijn dan de 7,14% voor inkomstenjaar 2022. Een gewaarschuwd bestuurder is er twee waard!

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 29/03/2023)




Belangrijke wijzigingen inzake de btw-procedure goedgekeurd!

Begin maart werd er een wetsvoorstel goedgekeurd dat een belangrijke impact zal hebben op de toekomstige aangifteverplichtingen, de teruggaven alsook de werkwijze/procedure zoals deze heden gekend is bij belastingplichtigen en accountants inzake btw.

De indieningstermijn voor kwartaalaangiften wordt verlengd met 5 dagen, zodoende dat de kwartaalaangiften ingediend zullen moeten worden tegen de 25ste van de maand volgend op het kwartaal. De indieningstermijn voor de maandaangevers blijft ongewijzigd. Maar de huidige toleranties voor laattijdige btw-aangiften verdwijnen.  Zodoende zal een laattijdige aangifte ten allen tijde beboet worden!

De gekende rekening-courant wordt afgeschaft en wordt vervangen door een nieuwe tool: “de provisierekening btw”. Deze tool zou het voor de btw-plichtige eenvoudiger moeten maken om btw-schulden en vorderingen te beheren.

De “bijzondere” rekening inzake btw wordt afgeschaft. Deze werd aangemaakt bij laattijdige btw-aangiften en bij laattijdige betalingen maar was vooral gekend bij de btw-plichtigen omwille van de zware financiële gevolgen bij een laattijdige betaling van de btw-schulden.

Er wordt voorzien in een nieuw sanctiemechanisme waarbij de btw-plichtigen, die geen of een laattijdige aangifte indienen, een vervangende aangifte zullen gepresenteerd krijgen. Deze vervangende aangifte zal gebaseerd zijn op de zwaarste aangifte uit de vorige 12 maanden en met een minimum van 2.100 euro te betalen btw. Of er ook verhogingen volgen bij het indienen van de uiteindelijke aangifte is niet duidelijk ?

Ook de teruggaafprocedure zal worden gewijzigd. De aanvraag tot teruggaaf zal enkel betrekking hebben op de laatste ingediende aangifte. Tegoeden uit de vorige btw-aangiftes zullen teruggevraagd moeten worden via een speciale procedure. Het indienen van tijdige btw-aangiftes wordt ook belangrijker aangezien een teruggaaf van een tegoed tijdige btw-aangiften vereist.

Vragen van de btw-administratie omtrent een eventuele teruggaafprocedure moeten binnen de 10 dagen beantwoord worden. Indien niet kan het tegoed in bewaring gehouden worden.

Btw-schulden kunnen in de toekomst betaald worden door middel van domiciliëring.

Het is de doelstelling om al deze wijzigingen in te voeren vanaf 01/01/2024.

De overheid streeft een correcte inning en naleving van de btw-regels na, maar ons inziens toch vooral met dwangmaatregelen en sanctionering!

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 29/03/2023)




Meerwaarden op aandelen belastbaar in de personenbelasting?

De blauwdruk voor een bredere fiscale hervorming van Minister Van Peteghem voorziet in een meerwaardebelasting van 15% op financiële producten omdat dit eerlijk zou zijn:

We nemen ook meerwaarden op financiële producten mee

We belasten gerealiseerde meerwaarden op aandelen, obligaties en andere financiële producten aan 15%, gezien ze doorgaans over meerdere jaren worden opgebouwd. We voeren de meerwaardebelasting in met respect voor verworven rechten en houden rekening met minderwaarden. We doven bestaande belastingen op vermogen of vermogenstransacties uit, zoals de jaarlijkse taks op de effectenrekeningen en de taks op de beursverrichtingen.

We ondersteunen actief ondernemerschap

Een onderneming uitbouwen en mensen tewerkstellen vergt initiatief, creativiteit en doorzettingsvermogen. Dat actief ondernemerschap belonen we met een bijzondere, weliswaar beperkte, vrijstelling van de meerwaarden op aandelen als de vennootschap met behoud van haar activiteit wordt overgedragen.”

Weet dat ook vandaag deze meerwaarden in principe belastbaar zijn, of de meerwaarden moeten kaderen binnen het normale beheer van privaat patrimonium. Dit vage begrip geeft in de praktijk wel eens aanleiding tot fiscale betwistingen en is een zuivere feitenkwestie.

Indien de meerwaarden niet kaderen binnen het normale beheer van privaat patrimonium en geen beroepsinkomsten zijn, dan worden deze belast als een divers inkomen (33% + gemeentebelasting) in de personenbelasting.

Verkoopt U als natuurlijke persoon een participatie van 25% of meer van Uw vennootschap aan een rechtspersoon buiten de EU, dan zal de meerwaarde minimaal belast worden aan het afzonderlijke tarief van 16,5% in de personenbelasting, uiteraard ook te verhogen met de gemeentebelasting.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 28/02/2023)




Geen fiscaal voordeel meer voor kapitaalsaflossingen van leningen aangegaan vanaf 01/01/2024 voor een tweede woning/verblijf!

Nog geen grote fiscale hervorming in zicht maar toch al wetswijzigingen, met negatieve fiscale impact weliswaar.

De kapitaalsaflossingen van de hypothecaire leningen voor een tweede woning/verblijf komen in aanmerking voor een federale belastingvermindering personenbelasting in de rubriek van het “langetermijnsparen”.

De belastingvermindering in het “langetermijnsparen” voor deze kapitaalsaflossingen kan maximum aanleiding geven tot een belastingvoordeel van 705 euro per persoon in de personenbelasting (Aj 2023).

Dit zal niet langer meer het geval zijn voor kapitaalsaflossingen van leningen afgesloten vanaf 01/01/2024. De intresten van de leningen vanaf 01/01/2024 komen nog wel in aanmerking om in mindering te brengen van het belastbare onroerende inkomen, maar de kapitaalsaflossingen van het krediet zullen dus geen belastingvoordelen meer opleveren.

Is er nog vrije ruimte in de rubriek “langetermijnsparen” en overweegt U de aankoop van een tweede woning/verblijf, dan zal het noodzakelijk zijn om de hypothecaire lening af te sluiten vóór 01/01/2024 met het oog op een belastingvermindering!

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 28/02/2023)




De gevolgen van een laattijdige btw-aangifte worden nog zwaarder!

Vanaf 01/01/2023 wordt het nog belangrijker om een tijdige btw-aangifte in te dienen.

Iedere welingelichte btw-plichtige weet reeds dat de periodieke btw-aangifte moet ingediend en betaald worden tegen de 20e van de maand volgend op de betreffende btw-periode.

De sancties en de gevolgen van een laattijdige btw-aangifte zijn immers niet mals. Eerst en vooral worden laattijdige btw-aangiften bestraft met een fiscaal niet aftrekbare boete van 100 euro per aangifte en per maand vertraging en dit met een maximum van 1.000 euro. Een laattijdige btw-aangifte gaat meestal ook gepaard met een laattijdige betaling en heeft dus ook verwijlintresten tot gevolg. Deze verwijlintresten bedragen voor kalenderjaar 2023 een aanzienlijke 8% op jaarbasis.

Bij een laattijdige btw-aangifte geeft U vanaf heden ook de fiscus meer armslag om te controleren. De verjaringstermijn voor de betreffende aangifte zal in dat geval gebracht worden op 4 jaar in plaats van 3 jaar.

De stipte en tijdige aanlevering van Uw boekhouding aan de accountant kan U ook heel wat centen opleveren!

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 28/02/2023)




Auteursrechten vanaf 01/01/2023? Rechtsonzekerheid is troef!

Met de programmawet van 26 december 2022 heeft onze overheid ingegrepen in de fiscaliteit van auteursrechten en naburige rechten.

In het oude regime werden alle inkomsten uit auteursrechten onder een bedrag van 37.500 euro (geïndexeerd Aj 2023 = 64.070 euro) beschouwd als roerende inkomsten en zeer voordelig belast.

In het nieuwe regime worden er verschillende aanvullende beperkingen voorzien, wordt er voorzien in een overgangsregel en wordt er rechtsonzekerheid geschapen voor een hele beroepssector. Ondanks het gegeven dat onze Minister van Financiën eind 2022 bevestigde dat geen enkele beroepssector zou worden uitgesloten van de fiscale toepassing auteursrechten, stellen de fiscale specialisten heden dat zij uit de nieuwe wet moeten afleiden dat de regeling niet meer van toepassing is voor de informatici?

Op de koop toe is er, na de hevige discussies binnen de regering eind 2022 omtrent het onderwerp, ook onenigheid binnen de rulingdienst en is er geen unaniem goedgekeurd algemeen standpunt ingenomen? Hierdoor blijft er wel een hele beroepssector in fiscale onzekerheid leven en dit met alle mogelijke gevolgen van dien. Of was het creëren van deze rechtsonzekerheid het opzet?

Enkele juristen bereiden reeds een procedure voor om een vernietiging van de wet te krijgen en de regeringspartij MR wil de kwestie terug op de regeringstafel brengen.

Het wordt dan ook hoog tijd dat onze Minister van Financiën en/of de fiscus in deze een definitief standpunt innemen en voor de noodzakelijke rechtszekerheid gaan zorgen.  In een land met een overheidsbeslag van meer dan 50% en een enorme fiscale druk verdient de belastingbetaler deze politieke moed echt wel!

Wordt vervolgd …..

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 27/01/2023)




Nieuwe vermelding op de factuur voor werken in onroerende staat vanaf 01/01/2023

Wanneer een aannemer werken in onroerende staat verricht voor een btw-plichtige afnemer die periodieke btw-aangiften indient, dan wordt de btw verplicht verlegd naar de afnemer van deze werken.

Vroeger voldeed de melding “btw-verlegd” op de uitgaande facturen.

Vanaf 01/01/2023 is de volgende vermelding verplicht:
“Verlegging van heffing. Bij gebrek aan schriftelijke betwisting binnen een termijn van één maand na de ontvangst van de factuur, wordt de afnemer geacht te erkennen dat hij een belastingplichtige is gehouden tot de indiening van periodieke aangiften. Als die voorwaarde niet vervuld is, is de afnemer ten aanzien van die voorwaarde aansprakelijk voor de betaling van de verschuldigde belasting, interesten en geldboeten.”

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 27/01/2023)




Gemengde btw-plichtige? Vergeet uw voorafgaande kennisgeving inzake btw niet!

Niet alle btw-plichtigen zijn onderworpen aan de btw voor hun volledige activiteit. Naast hun btw-plichtige activiteit kunnen zij immers activiteiten hebben dewelke niet aan de btw zijn onderworpen, zoals bijvoorbeeld de onroerende verhuur.

Deze gemengde btw-plichtigen moeten vanaf 01/01/2023 een voorafgaande kennisgeving doen aan de btw-administratie indien zij hun btw-aftrek wensen te organiseren via de toepassing van het werkelijke gebruik in plaats van het algemene verhoudingsgetal.

Ook btw-plichtigen dewelke in 2022 reeds toepassing maakten van het werkelijke gebruik zijn gehouden om een kennisgeving te doen via het formulier E-604B of via een erkend ondernemingsloket. Deze kennisgeving zal moeten geschieden vóór 01/07/2023.

Het valt te verwachten dat zonder deze kennisgeving de btw-administratie bij een fiscale controle de aftrekbeperking zal willen bepalen via het algemeen verhoudingsgetal en dit zou uiteraard zeer nare gevolgen kunnen hebben voor uw vennootschap of eenmanszaak.

Meer informatie vindt u in deze link.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 19/12/2022)