1

Het gaat niet goed met de fysieke winkels detailhandel …

Vele winkels of winkelketens verkopen al jaren op elkaar systematisch minder. De totale omzet van deze winkels loopt terug, verliescijfers stapelen zich op.

De sterkste terugloop tekenen de fysieke winkels op. Velen beweren dat het de internetverkoop is die tot deze omzetdaling leidt.

Maar moeten deze winkels zich concentreren op de internetverkoop? Als dit kan, twijfel dan niet, maar evident is dat zeker niet. De marges dalen, en toch moeten deze fysieke winkels investeren in nieuwe onlinetechnologie, nieuwe kennis verwerven en inzetten op beleving.

Maar laat mij vooreerst beginnen bij het begin, dienstverlening, marketing, opleiding personeel…..
Hoe vaak is men niet ontgoocheld als men als klant een winkel buiten wandelt?

Succes boeken met je winkel begint al met een aantal vaardigheden tot u en uw personeel te nemen. Dat is echt niet zo ingewikkeld als men soms denkt. En dat hoeft ook niet direct een enorm budget te kosten.
Elke week kijk ik zelf weer uit naar een nieuwsbrief, Kooplust genaamd. En deze nieuwsbrief wil ik u niet onthouden.

In 2012 richtte Marian Bekkers, Kooplust op.
Dit omdat zij gelooft dat er nog volop kansen liggen voor stenen winkels.
Via workshops en individueel advies geeft zij winkels super praktische tips hoe een winkel meer klanten kan aantrekken en hoe men meer aan klanten kan verkopen.

En eerlijk gezegd, vele van haar tips zijn niet alleen voor de detailhandel bestemd. Vele van haar tips kan je best ook gebruiken in de dienstverlenende sector.

Deze week geeft ze in haar nieuwsbrief 78 marketingtips voor de winkel.

Je leest deze 78 tips hier.

In vorige nieuwsbrieven behandelde Marian onder andere:

  • 7 dingen die je nooit tegen een klant mag zeggen
  • Klanten aantrekken via Facebook
  • 5 veelgemaakte etalagefouten
  • 7 manieren om de alwetende klant te verleiden.

Zo zie je maar, tips hoeven geen geld te kosten.

En tot slot, dit is geen reclame, maar als je toch meer wilt weten, tik dan op Google “ kooplust “ in….

 

(Auteur: Georges Bauwens, erkend boekhouder-fiscalist BIBF 301 85 790)




Vermindering vennootschapsbelasting

De regering besliste in het Zomerakkoord tot een belangrijke hervorming van de vennootschapsbelasting. De grote lijnen van de verschillende maatregelen zijn bekend. Ze moeten in de loop van de volgende maanden echter nog concreet vertaald worden in regelgeving. Onderstaand overzicht is dus voorlopig en aan verandering onderhevig.

 

Verlaging tarieven vennootschapsbelasting

Zoals blijkt uit deze tabel krijgen KMO’s (minder dan 50 werknemers – omzet < 9 miljoen € – balanstotaal < 4,5 miljoen) een extra verlaging vennootschapsbelasting:

  • 20,4 % (incl. crisisbijdrage) voor de eerste 100.000 euro winst in 2018, vanaf 2020 is dit 20%, MAAR !!!!!!
    • Elke vennootschap zal jaarlijks aan minstens 1 bedrijfsleider/natuurlijk persoon een bezoldiging moeten uitkeren van minstens 45.000 euro, ofwel een bedrag gelijk aan de winst vóór belastingen als die lager is dan 45.000 euro, zo niet volgt er een bijzondere aanslag. Het tarief van deze bijzondere aanslag is gelijk aan 10% op het te weinig uitgekeerde bedrag van de bezoldiging. Deze bijdrage is wel fiscaal aftrekbaar.
    • Pas opgerichte vennootschappen zouden gedurende de eerste vier jaar niet aan de hierboven vernoemde voorwaarde moeten voldoen.
    • Kritische vraag: is dit niet het ontmoedigen van het gebruik van vennootschappen?
    • Vele exploitatievennootschappen keren geen bezoldiging uit aan hun bedrijfsleider, maar wel een managementvergoeding aan de managementvennootschap. Van daar uit wordt de bedrijfsleider bezoldigd. Zoals het vandaag ook reeds aan de orde is, komt de werkvennootschap dus niet in aanmerking voor het verlaagd tarief. Maar deze exploitatievennootschappen zullen nu een extra belasting ondergaan via de bijzondere aanslag: dit betekent een extra belasting van 4.500 euro ………

 

Extra positief nieuws:

  • Kleine ondernemingen zouden echter hun verlaagd tarief niet verliezen indien zij dividenden uitkeren die hoger zijn dan 13% van het gestort kapitaal.


Er zijn ook bijkomende fiscale lastenverlagingen voorzien in 2018:

  • De bestaande investeringsaftrek voor KMO-vennootschappen van 8 % wordt in 2018 tot 20 % verhoogd;
  • Gefaseerde uitbreiding van de vrijstelling van doorstorting bedrijfsvoorheffing voor wetenschappelijke onderzoekers naar bachelors;
  • Afschaffing belasting 0,4% op meerwaarden van aandelen gerealiseerd door grote ondernemingen.

In onze volgende nieuwsbrief gaan wij voor minder goed nieuws: de compenserende lastenverhogingen !!!!

 

(Auteur: Georges Bauwens, erkend boekhouder-fiscalist BIBF 301 85 790)




BTW-revolutie in de sector van vastgoed

Een hele positieve ommezwaai in de vastgoedsector….. en normaal dus ook lagere huren voor de huurders !!!!!

Projectontwikkelaars betalen heden 21% btw op een verbouwing of nieuwbouw.
Deze btw is heden een kost voor betrokkenen, daar de btw niet gerecupereerd kan worden bij verhuring van het pand.
En het is de huurder die eigenlijk deze kost dient te betalen.

Op huurovereenkomsten, die vanaf 1 januari 2018 in werking treden, mogen vastgoedpromotoren van dan af 21% btw heffen op de huur.
Dit enkel indien het pand verhuurd wordt aan een ondernemer of een beoefenaar van een vrij beroep, die het pand hoofdzakelijk gebruiken voor beroepsdoeleinden.

Daardoor mag de verhuurder de aangerekende btw in aftrek brengen van de huur, die hij zelf aan de aannemer heeft betaald.
Op deze wijze kan de verhuurder op termijn zelfs zijn volledige btw op het project recupereren.

Voor de huurder blijft deze ingreep btw-neutraal, behalve dat het altijd eventjes weegt op de cash-flow (eerst btw betalen, pas later aftrekken in de btw-aangifte).

Contracten uit het verleden zullen uitgesloten worden van deze gunstige maatregel.

 

(Auteur: Georges Bauwens, erkend boekhouder-fiscalist BIBF 301 85 790)




Zomerakkoord 2017: sociale maatregelen voor de zelfstandigen

De regering keurde op 26 juli een pakket hervormingen goed. Daarin zitten enkele maatregelen die  het sociaal statuut van de zelfstandigen verbeteren.

Een verlaging van de sociale bijdragen in de eerste 2 startersjaren, 500 euro vrij van bijdragen en belastingen voor specifieke activiteiten, halvering van de carensperiode bij ziekte, afschaffing van de eenheid van loopbaan bij pensioen,… Het zomerakkoord had heel wat in petto.

Hierna volgt een overzicht. Deze maatregelen gaan in vanaf 2018, tenzij anders aangegeven.

 

Sociale bijdragen:

  • Nu betalen beginnende zelfstandigen in hoofdberoep 20,5 procent van hun inkomsten het eerste jaar, met een minimum van 681,43 euro per kwartaal (forfaitair geschat op netto-beroepsinkomsten 13.296,45 euro per jaar)
  • De sociale bijdragen in de eerste twee startjaren worden verlaagd. Op basis van het barema van 2017 zou dat geven:
    – eerste jaar: 1/3 van de minimumbijdrage of 234,07 euro per kwartaal (incl. beheerskosten);
    – tweede jaar: 2/3 van de minimumbijdrage of 468,14 euro per kwartaal (incl. beheerskosten).

 

Vrijetijdswerk social profit en deeleconomie:

  • Wie minstens 80 % in hoofdberoep werkt – ook een zelfstandige – zal via ‘vrijetijdswerk’ tot 500 euro per maand of 6.000 euro per jaar kunnen bijverdienen zonder belastingen of sociale bijdragen te betalen. Het moet gaan over specifieke functies in de social profit (sportcoach, scheidsrechter, naschoolse kinderopvang, dirigent van het plaatselijk koor, inslapen bij mindervaliden, lesgever bij een cultureel-educatieve organisatie, seingever bij evenementen, …).
  • Idem voor activiteiten in de deeleconomie (erkende internetplatformen), al geldt daar de 80 %-werknorm niet.
  • Idem voor ‘burger-tot-burger activiteiten’. Dit concept moet de regering nog wel uitwerken.

 

Ziekteverzekering:

  • Bedienden hebben gedurende de eerste 30 dagen van hun ziekte recht op gewaarborgd loon. Dit geldt ook voor arbeiders. Zelfstandigen hebben dit nu niet.
  • De carensmaand, namelijk de niet-vergoedbare periode, in de verzekering arbeidsongeschiktheid voor zelfstandigen, wordt gehalveerd. De arbeidsongeschikt erkende zelfstandige zal dus recht hebben op een uitkering na 14 dagen.
  • De bedragen die zullen uitgekeerd worden zijn: alleenstaande 44,95 euro, samenwonende 34,47 euro, met gezinslast 56,17 euro.

 

Pensioenen:

  • Het minimumpensioen van de werknemers verhoogt met 0,7 % voor gepensioneerden met volledige loopbaan. Traditioneel volgt dan ook een verhoging voor de zelfstandigen.
  • De eenheid van loopbaan in de pensioenberekening wordt geschrapt. Men berekent pensioen nu op maximum 45 jaar, ook al heeft men langer gewerkt. Een loopbaan van 46/45 of hoger wordt dus mogelijk. Voor gelijkgestelde dagen boven de eenheid zal er echter geen pensioenrecht zijn, tenzij ze voordeliger uitvallen dan de gewerkte dagen.
  • Vanaf 2019 wil de regering sleutelen aan de gelijkgestelde periodes zodat die minder pensioen opleveren dan de actieve periodes.
  • Vanaf 2019 zal er ook een systeem van deeltijds pensioen ingevoerd worden, zowel voor werknemers als voor zelfstandigen. Men kan dan deeltijds blijven werken en dus pensioenrechten blijven opbouwen.

 

(Auteur: Georges Bauwens, erkend boekhouder-fiscalist BIBF 301 85 790)