1

Vergeet uw statuten van de vennootschap niet aan te passen vóór 31/12/2023.

Vennootschappen die werden opgericht vóór 1 mei 2019 moeten ten laatste op 1 januari 2024 hun statuten in overeenstemming brengen met het nieuwe Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen.

Rekening houdende met het aantal vennootschappen en in de wetenschap dat de notariskantoren  vandaag de dag reeds kreunen onder de werkdruk, zal het wellicht aanschuiven worden bij uw notaris eind 2023! Toch in het geval uw statutenwijziging een authentieke akte vereist.

Geef dan ook tijdig uw instructies door aan de notaris en beoordeel in één keer de wijzigingen, welke u bovenop de overeenstemming met het nieuwe WVV wenst door te voeren in de statuten van de vennootschap. Hierbij denken wij dan bijvoorbeeld aan een naamswijziging, een uitbreiding/aanpassing van het voorwerp, … van de vennootschap.

Noteer ten slotte dat het bestuursorgaan van de vennootschap persoonlijk en hoofdelijk aansprakelijk is voor schade geleden door de vennootschap of door derden in het geval deze wettelijke verplichting niet werd nagekomen. Welke deze schade eventueel kan zijn, is op heden niet geheel duidelijk, maar een gewaarschuwd persoon is er dan ook twee waard.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 27/09/2022)




Waarom investeren vóór 31/12/2022?

Om investeringen aan te moedigen werd destijds een tijdelijke verhoging van de investeringsaftrek van 8% naar 25% doorgevoerd.

Deze tijdelijke verhoging zal eindigen per 31/12/2022. Voor investeringen in 2022 zal u met andere woorden nog een investeringsaftrek genieten van 25%. Voor investeringen vanaf 01/01/2023 zal u slechts nog een investeringsaftrek genieten van 8%.

De investering moet uiteraard aan de opgelegde voorwaarden voldoen.

In de veronderstelling dat uw vennootschap onderworpen is aan het normale tarief van 25% kan het belastingvoordeel ten gevolge de investeringsaftrek aanzienlijk verschillen:

  • 2022:  Investering 100.000 euro * 25% investeringsaftrek * 25% VB = 6.250 euro
  • 2023:  Investering 100.000 euro * 8% investeringsaftrek * 25% VB = 2.000 euro

Uiteraard kunnen de investeringen in kwestie ook afgeschreven worden en zullen deze afschrijvingen in mindering worden gebracht van het belastbaar resultaat.

Voor aanzienlijke investeringen, die in aanmerking komen voor de investeringsaftrek, kan er dan ook een aanzienlijk belastingvoordeel genoten worden door deze nog te organiseren in 2022.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 27/09/2022)




Nog snel een hybride wagen kopen voor 31/12/2022?

Er vloeide al veel inkt ten gevolge de wijzigingen inzake de autofiscaliteit (vergroening ?) en hiervoor verwijzen wij graag naar onze eerdere nieuwsbrieven.

Voor wagens, dewelke worden aangekocht of besteld vóór 30/06/2023, blijft het oude stelsel van toepassing en wordt de fiscale aftrek bepaald op basis van de gramformule:

  • 120% – (0,5 * brandstofcoëffiënt * g CO2/km)%

Het zal de wetgever worst wezen dat deze formule aanleiding geeft tot administratieve overlast bij het bepalen van het belastbaar resultaat voor uw onderneming. Het is immers niet uit te sluiten dat elke wagen in uw onderneming een andere fiscale aftrek geniet en zodoende aanvullende berekeningen vergt om de verworpen uitgaven samen te stellen!

Toch kan het interessant zijn om uw nieuwe hybride wagen aan te kopen vóór 01/01/2023. Voor hybride wagens aangekocht vanaf 01/01/2023 worden de brandstofkosten immers fiscaal beperkt tot 50% en niet op basis van de gramformule.

Wij hoeven niet te verduidelijken dat dit laatste mogelijk niet zal gelden voor de zogenaamde fake hybrides. De fiscale aftrekbaarheid van deze fake hybrides kan immers reeds lager zijn dan deze 50%.

Een lijst van de fake hybrides kan geconsulteerd worden op de website van FOD Financiën.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 27/09/2022)




Fictieve debetrente op gratis lening of voorschot uit de vennootschap kan vermeden worden!

Wanneer u als bedrijfsleider geld leent van uw vennootschap voor onbepaalde duur zonder hierop intresten te betalen of geld opneemt in rekening courant, dan geniet u een belastbaar voordeel alle aard dat berekend wordt door op die lening/opname een fictieve intrest toe te passen.

Deze aanzienlijke fictieve intrest wordt jaarlijks bepaald bij KB en bedroeg voor 2021 6,48% en voor 2020 maar liefst 10,20%.

Indien u dus behoefte heeft aan een lening uit uw vennootschap is het aangewezen om een lening met vaste looptijd af te sluiten en dit aan de rentevoet die wordt bepaald door het KB voor de niet-hypothecaire leningen met vaste looptijd. Deze intresten zijn aanzienlijk lager en worden bepaald op een maandelijks lastenpercentage van 0,11% voor 2021. Het uiteindelijke tarief zal afhankelijk zijn van de duur van de lening maar zal aanzienlijk lager zijn dan de fictieve debetrente.

Alle partijen zullen zich wel dienen te houden aan de contractuele afspraken die uiteraard een correcte betaling van de intresten impliceren. Voorzie tevens in de overeenkomst dat de lening vervroegd kan worden terugbetaald. Zodoende heeft u in een later stadium de mogelijkheid om de lening aan te zuiveren door middel van dividenduitkering of andere persoonlijke tegoeden.

Het opstellen van de overeenkomsten en jaarlijkse intrestberekeningen vergen een kleine administratieve inspanning, maar zullen op termijn een aanzienlijk persoonlijk financieel voordeel opleveren.

Hou er rekening mee dat u de lening uiteindelijk ook zal moeten terugbetalen aan de vennootschap, dus ga niet ondoordacht te werk en reserveer of voorzie hiervoor tijdig de noodzakelijke fondsen.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 27/09/2022)




Goed nieuws! De VOF en de CommV met onvoldoende oud kapitaal kunnen toch genieten van het VVPR-bis stelsel.

In een parlementaire vraag van 10/05/2022 bevestigde onze minister van Financiën dat vennootschappen die vroeger niet over een minimumkapitaal moesten beschikken van 18.550 euro, voortaan ook met hun ‘oud’ kapitaal kunnen genieten van het VVPR-bis stelsel.

De VVPR-bis is een regeling die recht geeft op een verlaagde roerende voorheffing van 15% op dividenden indien aan alle voorwaarden wordt voldaan.

Dit geldt voor dividenden toegekend aan nieuwe aandelen op naam die sinds 1 juli 2013 uitgegeven zijn in ruil voor inbrengen in geld. Op het moment van de inbreng moest de vennootschap klein zijn, mochten de aandelen niet preferent zijn en diende de inbreng volstort te worden.

Vennootschappen zonder minimumkapitaal, zoals de CommV en de VOF, kwamen voorheen niet in aanmerking voor dit voordeel, tenzij na de inbreng van het nieuw kapitaal het maatschappelijk kapitaal minstens gelijk was aan het minimumkapitaal van een BVBA, zijnde 18.550 euro.

Begin dit jaar werden er een aantal wijzigingen doorgevoerd in dit stelsel. Sinds 1 januari 2022 kunnen dividenden op het oude en onvoldoende kapitaal in aanmerking komen voor de verlaagde roerende voorheffing van 15% indien ook aan de andere voorwaarden is voldaan.

Goed nieuws dus voor de kleine vennootschappen, want vanaf 01/01/2022 kunnen zij dus mogelijk ook dividenden uitkeren aan het verlaagde tarief van 15% roerende voorheffing in plaats van 30%.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 27/09/2022)