1

Voorafbetalen = belastingen besparen!

Een correcte voorafbetaling van de verschuldigde belastingen inzake personen- en vennootschapsbelasting is een eenvoudige manier om belastingen te besparen. De belastingvermeerdering wegens onvoldoende voorafbetalingen is immers aanzienlijk (Aj 2024 = 6,75% VB en 4,5% PB) en bovendien fiscaal niet aftrekbaar!

De belastingvermeerdering wegens onvoldoende voorafbetalingen in de personenbelasting is verdubbeld in vergelijking met het voorgaande jaar!

Iedere zelfstandige en vennootschap met een boekjaar gelijk aan het kalenderjaar 2023 kan voor Aj 2024 een eerste voorafbetaling uitvoeren vóór 11/04/2023.

De belastingvermeerdering wegens onvoldoende voorafbetalingen is niet van toepassing op “jonge” zelfstandigen en “jonge” vennootschappen.

Meer informatie omtrent de voorafbetalingen:

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 29/03/2023)




Belangrijke wijzigingen inzake de btw-procedure goedgekeurd!

Begin maart werd er een wetsvoorstel goedgekeurd dat een belangrijke impact zal hebben op de toekomstige aangifteverplichtingen, de teruggaven alsook de werkwijze/procedure zoals deze heden gekend is bij belastingplichtigen en accountants inzake btw.

De indieningstermijn voor kwartaalaangiften wordt verlengd met 5 dagen, zodoende dat de kwartaalaangiften ingediend zullen moeten worden tegen de 25ste van de maand volgend op het kwartaal. De indieningstermijn voor de maandaangevers blijft ongewijzigd. Maar de huidige toleranties voor laattijdige btw-aangiften verdwijnen.  Zodoende zal een laattijdige aangifte ten allen tijde beboet worden!

De gekende rekening-courant wordt afgeschaft en wordt vervangen door een nieuwe tool: “de provisierekening btw”. Deze tool zou het voor de btw-plichtige eenvoudiger moeten maken om btw-schulden en vorderingen te beheren.

De “bijzondere” rekening inzake btw wordt afgeschaft. Deze werd aangemaakt bij laattijdige btw-aangiften en bij laattijdige betalingen maar was vooral gekend bij de btw-plichtigen omwille van de zware financiële gevolgen bij een laattijdige betaling van de btw-schulden.

Er wordt voorzien in een nieuw sanctiemechanisme waarbij de btw-plichtigen, die geen of een laattijdige aangifte indienen, een vervangende aangifte zullen gepresenteerd krijgen. Deze vervangende aangifte zal gebaseerd zijn op de zwaarste aangifte uit de vorige 12 maanden en met een minimum van 2.100 euro te betalen btw. Of er ook verhogingen volgen bij het indienen van de uiteindelijke aangifte is niet duidelijk ?

Ook de teruggaafprocedure zal worden gewijzigd. De aanvraag tot teruggaaf zal enkel betrekking hebben op de laatste ingediende aangifte. Tegoeden uit de vorige btw-aangiftes zullen teruggevraagd moeten worden via een speciale procedure. Het indienen van tijdige btw-aangiftes wordt ook belangrijker aangezien een teruggaaf van een tegoed tijdige btw-aangiften vereist.

Vragen van de btw-administratie omtrent een eventuele teruggaafprocedure moeten binnen de 10 dagen beantwoord worden. Indien niet kan het tegoed in bewaring gehouden worden.

Btw-schulden kunnen in de toekomst betaald worden door middel van domiciliëring.

Het is de doelstelling om al deze wijzigingen in te voeren vanaf 01/01/2024.

De overheid streeft een correcte inning en naleving van de btw-regels na, maar ons inziens toch vooral met dwangmaatregelen en sanctionering!

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 29/03/2023)




Meerwaarden op aandelen belastbaar in de personenbelasting?

De blauwdruk voor een bredere fiscale hervorming van Minister Van Peteghem voorziet in een meerwaardebelasting van 15% op financiële producten omdat dit eerlijk zou zijn:

We nemen ook meerwaarden op financiële producten mee

We belasten gerealiseerde meerwaarden op aandelen, obligaties en andere financiële producten aan 15%, gezien ze doorgaans over meerdere jaren worden opgebouwd. We voeren de meerwaardebelasting in met respect voor verworven rechten en houden rekening met minderwaarden. We doven bestaande belastingen op vermogen of vermogenstransacties uit, zoals de jaarlijkse taks op de effectenrekeningen en de taks op de beursverrichtingen.

We ondersteunen actief ondernemerschap

Een onderneming uitbouwen en mensen tewerkstellen vergt initiatief, creativiteit en doorzettingsvermogen. Dat actief ondernemerschap belonen we met een bijzondere, weliswaar beperkte, vrijstelling van de meerwaarden op aandelen als de vennootschap met behoud van haar activiteit wordt overgedragen.”

Weet dat ook vandaag deze meerwaarden in principe belastbaar zijn, of de meerwaarden moeten kaderen binnen het normale beheer van privaat patrimonium. Dit vage begrip geeft in de praktijk wel eens aanleiding tot fiscale betwistingen en is een zuivere feitenkwestie.

Indien de meerwaarden niet kaderen binnen het normale beheer van privaat patrimonium en geen beroepsinkomsten zijn, dan worden deze belast als een divers inkomen (33% + gemeentebelasting) in de personenbelasting.

Verkoopt U als natuurlijke persoon een participatie van 25% of meer van Uw vennootschap aan een rechtspersoon buiten de EU, dan zal de meerwaarde minimaal belast worden aan het afzonderlijke tarief van 16,5% in de personenbelasting, uiteraard ook te verhogen met de gemeentebelasting.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 28/02/2023)




Geen fiscaal voordeel meer voor kapitaalsaflossingen van leningen aangegaan vanaf 01/01/2024 voor een tweede woning/verblijf!

Nog geen grote fiscale hervorming in zicht maar toch al wetswijzigingen, met negatieve fiscale impact weliswaar.

De kapitaalsaflossingen van de hypothecaire leningen voor een tweede woning/verblijf komen in aanmerking voor een federale belastingvermindering personenbelasting in de rubriek van het “langetermijnsparen”.

De belastingvermindering in het “langetermijnsparen” voor deze kapitaalsaflossingen kan maximum aanleiding geven tot een belastingvoordeel van 705 euro per persoon in de personenbelasting (Aj 2023).

Dit zal niet langer meer het geval zijn voor kapitaalsaflossingen van leningen afgesloten vanaf 01/01/2024. De intresten van de leningen vanaf 01/01/2024 komen nog wel in aanmerking om in mindering te brengen van het belastbare onroerende inkomen, maar de kapitaalsaflossingen van het krediet zullen dus geen belastingvoordelen meer opleveren.

Is er nog vrije ruimte in de rubriek “langetermijnsparen” en overweegt U de aankoop van een tweede woning/verblijf, dan zal het noodzakelijk zijn om de hypothecaire lening af te sluiten vóór 01/01/2024 met het oog op een belastingvermindering!

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 28/02/2023)




Liquidatiereserves uitkeren in 2023 of niet?

Vele KMO-vennootschappen hebben in het verleden liquidatiereserves aangelegd met het oog op een toekomstige dividenduitkering van deze reserves aan het verlaagde tarief van 5% roerende voorheffing.

Om dit verlaagde tarief inzake roerende voorheffing te genieten dient er een sperperiode van 5 jaar gerespecteerd te worden.

Vanaf 01/01/2023 komen dan ook alle aangelegde liquidatiereserves van het boekjaar 31/12/2017 en voorgaande voor uitkering aan het verlaagde tarief in aanmerking. Uiteraard dienen de voorwaarden inzake balans- en liquiditeitstesten te worden nageleefd en zal de vennootschap gehouden worden om een aangifte roerende voorheffing in te dienen.

Overweegt U binnenkort een vereffening/liquidatie van de vennootschap, dan is een dividenduitkering uit deze liquidatiereserves niet de aangewezen piste. Dit in de wetenschap dat liquidatiereserves bij ontbinding van de vennootschap worden toegewezen aan de aandeelhouders zonder aanvullende inhouding van roerende voorheffing.

En wat als er een grote belastinghervorming komt? Gaat dan het verlaagde tarief van 5% en de vrijstelling roerende voorheffing van deze liquidatiereserves op het ogenblik van de ontbinding standhouden? In het verleden is reeds gebleken dat onze overheid in deze materie geen betrouwbare partner is!

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 28/02/2023)




De gevolgen van een laattijdige btw-aangifte worden nog zwaarder!

Vanaf 01/01/2023 wordt het nog belangrijker om een tijdige btw-aangifte in te dienen.

Iedere welingelichte btw-plichtige weet reeds dat de periodieke btw-aangifte moet ingediend en betaald worden tegen de 20e van de maand volgend op de betreffende btw-periode.

De sancties en de gevolgen van een laattijdige btw-aangifte zijn immers niet mals. Eerst en vooral worden laattijdige btw-aangiften bestraft met een fiscaal niet aftrekbare boete van 100 euro per aangifte en per maand vertraging en dit met een maximum van 1.000 euro. Een laattijdige btw-aangifte gaat meestal ook gepaard met een laattijdige betaling en heeft dus ook verwijlintresten tot gevolg. Deze verwijlintresten bedragen voor kalenderjaar 2023 een aanzienlijke 8% op jaarbasis.

Bij een laattijdige btw-aangifte geeft U vanaf heden ook de fiscus meer armslag om te controleren. De verjaringstermijn voor de betreffende aangifte zal in dat geval gebracht worden op 4 jaar in plaats van 3 jaar.

De stipte en tijdige aanlevering van Uw boekhouding aan de accountant kan U ook heel wat centen opleveren!

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 28/02/2023)




Geïndexeerde sociale bijdragen in 2023! – Vermindering sociale bijdragen vragen?

De voorlopige sociale bijdragen 2023 worden berekend op het geïndexeerde inkomen van 2020. Deze aanzienlijke indexering bedraagt 18,31% en ten gevolge hiervan zullen de voorlopige bijdragen 2023 in vele gevallen ongeveer 12% hoger zijn dan de voorlopige bijdragen 2022.

Eerstdaags zullen alle zelfstandigen een afrekening ontvangen voor de voorlopige sociale bijdrage van het eerste kwartaal 2023. Indien uit deze afrekening blijkt dat het inkomen waarop de voorlopige bijdrage wordt berekend aanzienlijk minder is dan uw verwachte inkomen in 2023, dan heeft u de mogelijkheid om een vermindering van deze voorlopige sociale bijdragen aan te vragen via uw sociale kas.

Dit zal zeker mogelijk zijn indien bijvoorbeeld uw maandelijkse verloning als bedrijfsleider ongewijzigd is gebleven sinds 2020 of zelfs zou gedaald zijn in 2023.

Betaalt u toch te veel voorlopige sociale bijdragen, weet dan dat u deze bij de afrekening over het bijdragejaar 2023 zal terugbetaald krijgen. Maar hiervoor zal u wel wat geduld moeten uitoefenen!

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 27/01/2023)




Auteursrechten vanaf 01/01/2023? Rechtsonzekerheid is troef!

Met de programmawet van 26 december 2022 heeft onze overheid ingegrepen in de fiscaliteit van auteursrechten en naburige rechten.

In het oude regime werden alle inkomsten uit auteursrechten onder een bedrag van 37.500 euro (geïndexeerd Aj 2023 = 64.070 euro) beschouwd als roerende inkomsten en zeer voordelig belast.

In het nieuwe regime worden er verschillende aanvullende beperkingen voorzien, wordt er voorzien in een overgangsregel en wordt er rechtsonzekerheid geschapen voor een hele beroepssector. Ondanks het gegeven dat onze Minister van Financiën eind 2022 bevestigde dat geen enkele beroepssector zou worden uitgesloten van de fiscale toepassing auteursrechten, stellen de fiscale specialisten heden dat zij uit de nieuwe wet moeten afleiden dat de regeling niet meer van toepassing is voor de informatici?

Op de koop toe is er, na de hevige discussies binnen de regering eind 2022 omtrent het onderwerp, ook onenigheid binnen de rulingdienst en is er geen unaniem goedgekeurd algemeen standpunt ingenomen? Hierdoor blijft er wel een hele beroepssector in fiscale onzekerheid leven en dit met alle mogelijke gevolgen van dien. Of was het creëren van deze rechtsonzekerheid het opzet?

Enkele juristen bereiden reeds een procedure voor om een vernietiging van de wet te krijgen en de regeringspartij MR wil de kwestie terug op de regeringstafel brengen.

Het wordt dan ook hoog tijd dat onze Minister van Financiën en/of de fiscus in deze een definitief standpunt innemen en voor de noodzakelijke rechtszekerheid gaan zorgen.  In een land met een overheidsbeslag van meer dan 50% en een enorme fiscale druk verdient de belastingbetaler deze politieke moed echt wel!

Wordt vervolgd …..

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 27/01/2023)




5,70% aftrekbare intresten op uw vorderingen in de vennootschap!

Vanaf 01/01/2023 kan u een fiscaal aftrekbare intrest vragen van 5,70% op uw vorderingen in rekening courant bij de vennootschap. Deze intresten kunnen een interessante aanvulling zijn op uw beroepsinkomsten als bestuurder/bedrijfsleider, daar deze inkomsten slechts onderworpen worden aan een bevrijdende roerende voorheffing van 30%.

In 2022 bedroeg de maximale intrest dewelke gevraagd kon worden 4,07%.

Noteer wel dat u in het geval van een verstrekte lening aan de vennootschap de gemaakte overeenkomsten zal dienen te respecteren. Werd er in het verleden een vaste rentevoet contractueel vastgelegd, dan zijn er wellicht geen bedrijfseconomische elementen aanwezig om deze intresten te verhogen in 2023. Om de aftrekbaarheid van de intresten op deze leningen te toetsen moet er vergeleken worden met de geldende marktrente.

Tevens dient u rekening te houden met een mogelijke herkwalificatie van de intresten in niet aftrekbare dividenden! Dit zal het geval zijn als u een intrest vraagt op uw vordering in rekening courant van meer dan 5,70%, maar ook in het geval als de vordering en/of lening groter is dan het fiscaal gestort kapitaal bij het einde van het boekjaar en de belaste reserves bij het begin van het boekjaar.

Overleg met uw accountant in deze is geen overbodige luxe om te vermijden dat een deel van de  intresten wordt verworpen als aftrekbare kost.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 27/01/2023)




De fiscus neust meer en meer in onze bankrekeningen!

Reeds geruime tijd worden alle Belgische bankrekeningen, beleggingscontracten en levensverzekeringen verzameld in een register, afgekort genoemd CAP.

Natuurlijke personen, die een buitenlands rekeningnummer hebben en een aangifte in de personenbelasting moeten indienen, zijn bovendien gehouden om dit rekeningnummer op te nemen en te registreren in het betreffende register.

De fiscus kan het register raadplegen bij ernstige vermoedens van fiscale fraude, maar ook de belastingontvanger maakt gebruik van het register om de belastingen te kunnen innen.

Vroeger bevatte het register enkel de rekeningnummers. Sinds januari 2022 moeten de banken en verzekeraars ook de saldi per 30/06 en 31/12 van deze rekeningen, beleggingen en levensverzekeringen melden. Deze verregaande handeling werd door het Grondwettelijk Hof wel beschouwd als een inbreuk op de privacy, een inbreuk die weliswaar volgens het hetzelfde Hof gerechtvaardigd is omwille van het legitieme doel.

Diverse media berichtten in de maand december 2022 over een aanzienlijke stijging van de consultaties in het register door de fiscus.

Wij kunnen alleen maar hopen en mogen verwachten dat dit register enkel wordt gebruikt voor het vooropgestelde legitieme doel en niet zal worden misbruikt door diezelfde fiscus!

In de wetenschap dat de rechten van de belastingplichtige alsmaar verder beknot worden door onze overheid alvast een nieuwe verontrustende evolutie.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 27/01/2023)