1

Tegoeden in de vennootschapsbelasting AJ 2021 sneller recupereren?

Vennootschappen, dewelke hun boekjaren afsluiten op 31/12/2020 of vóór 01/03/2021, zijn gehouden om uiterlijk op 28 oktober 2021 de aangifte vennootschapsbelasting (BIZTAX) in te dienen.

FOD Financiën bevestigde in een bericht van 27 augustus 2021 dat de snelle indieners, met een recht op terugbetaling, voorrang zullen krijgen bij de verwerking. Dit betekent dan ook dat vennootschappen sneller, lees vóór eind december 2021, over deze tegoeden zullen kunnen beschikken bij een indiening van de aangifte BIZTAX vóór 01 oktober 2021.

Het volledige bericht van FOD Financiën kan U consulteren op deze website.

Zijn er geen belastingtegoeden dan heeft het geen zin om de sprint in te zetten. Wel dienen de vennootschappen in kwestie de uiterste indieningsdatum van 28 oktober 2021 in de gaten te houden.

Een laattijdige aangifte heeft immers nare en financiële gevolgen!

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 27/09/2021)




Hoe negatieve rente op de cash van uw onderneming vermijden?

Meer en meer ondernemers met belangrijke tegoeden (+ 250.000 €) op rekening van hun zaak vragen Abeka om advies ingevolge de boodschap die zij van hun bankier ontvangen, namelijk dat in de toekomst een negatieve rente (veelal 0,50 %) zal worden aangerekend.

Voor we mogelijke alternatieven bekijken moet u zich de vraag stellen welke gelden beschikbaar moeten blijven om uw activiteit optimaal te kunnen blijven voeren.

Voor het overblijvend bedrag bieden bankiers volgende oplossingen:

  • Verschillende banken werken voor bedrijven met beheermandaten die volgens het profiel van de onderneming in overleg met de bestuurders worden opgesteld. Belfius bijvoorbeeld biedt een mandaat voor bedragen vanaf 250.000 euro, waarbij een keuze kan gemaakt worden uit zes beleggingsstrategieën naargelang het risicoprofiel. Belfius biedt ook een beheermandaat met een beperking van koersdalingen, onder de naam Belfius Business Portfolio Advanced.
  • De DBI-bevek is een 2de mogelijke oplossing die elke bank in ons land aanbiedt. Dit is een beleggingsfonds dat uitsluitend in aandelen belegt en is fiscaal voordelig voor vennootschappen. Op de dividenden die deze DBI-fondsen uitkeren, dient door uw onderneming geen vennootschapsbelasting betaald te worden en de meerwaarde wordt ook niet belast. Addertje onder het gras …, de minderwaarden zijn fiscaal niet aftrekbaar. DBI-fondsen zijn bij wet verplicht alleen in aandelen te beleggen van bedrijven die al een normaal belastingregime hebben ondergaan en dienen minstens 90 procent van hun inkomsten uit te keren als dividend. Belangrijk is om u goed te informeren over de keuze van uw DBI-bevek, de spreiding van de portefeuille gaat van nationaal tot wereldwijd. Voor dergelijke aandelenbelegging is een beleggingshorizon van 5 tot 8 jaar aanbevolen.
  • Met een tak26-product kiest u voor een formule met een beperkt gegarandeerd rendement en een winstdeelname. Het gaat om kapitalisatiecontracten met veelal een looptijd van 8 jaar of meer die geen tussentijdse rente uitkeren, maar het kapitaal en de opgebouwde rente op eindvervaldag uitkeren. Het rendement ligt doorgaans wel iets boven de inflatie. In 2020 leverden de tak26-producten bij BNP Paribas Fortis bijvoorbeeld een globaal bruto rendement op van 1,70 %. Gedeeltelijke vervroegde opnames zijn in sommige contracten mogelijk. Tak26 valt onder de verzekeringswetgeving maar de onderschrijvende onderneming moet geen premietaks betalen.
  • Ondernemingen die voldoende winst maken en bereid zijn om meer risico te nemen, kunnen al dan niet via hun bankier in een Taxshelter-fonds investeren om onze Belgische filmindustrie en podiumkunsten te ondersteunen en via deze weg een interessante fiscale vrijstelling en dito rendement te bekomen. Deze investering is niet vrij van risico’s en u riskeert dus kapitaalverlies.

Voorgaande opsomming leert ons dat u een negatieve rente kan vermijden door de overtollige cash binnen uw bedrijf op een andere wijze te beleggen. Een andere optie is uiteraard om deze overtollige liquiditeiten uit te keren of met uw vennootschap te herinvesteren . Uw Abeka-adviseur onderzoekt graag met u de verschillende pistes om samen met u tot de juiste keuze en de beste beslissing te komen voor uw zaak.


(Auteur: Bruno Van De Poel, Kredietexpert en KMO-adviseur – 01/06/2021)




Het dagontvangstenboek

In de dagelijkse praktijk stellen wij vast dat niet elke belastingplichtige ondernemer een dagontvangstenboek houdt zoals bepaald door de fiscale wetgeving. Vandaar dat wij het noodzakelijk achten om deze verplichting nog even ter verduidelijken.

De ontvangsten moeten globaal van dag tot dag worden ingeschreven in het dagontvangstenboek per btw-tarief en dit op basis van verantwoordingsstukken, die gedurende een periode van 7 jaar bewaard moeten worden (vanaf 01/01 van het jaar volgend op de datum). Afzonderlijke inschrijvingen, met vermelding van de aard van de verkochte goederen, is verplicht indien de levering van de goederen meer dan 250 euro bedraagt per eenheid.

Deze afzonderlijke inschrijving mag worden vervangen door een globale inschrijving wanneer de verantwoordingsstukken die opgesteld en bewaard moeten worden, benevens de ontvangst, ook de aard van de verkochte goederen nauwkeurig vermelden.

De inschrijving mag niet gebeuren op losse bladen en moet worden uitgevoerd in onwisbare staat in een genummerd boek. Het plakken van prints of afdrukken in een genummerd boek wordt getolereerd.

Er mogen correcties worden aangebracht in het dagontvangstenboek maar de originele inschrijving moet altijd zichtbaar blijven.

Het dagontvangstenboek dient zich ten allen tijde te bevinden op de bedrijfszetel net zoals de verantwoordingsstukken die de inschrijvingen onderbouwen. Er dient een dagontvangstenboek te worden gehouden per bedrijfszetel.

De verantwoordingsstukken (kassaticketten, verkoopbonnen, …) samen met het correct gehouden dagontvangstenboek zorgen voor de bewijskracht van Uw boekhouding en zijn noodzakelijk om fiscale problemen te voorkomen. Het niet naleven van deze fiscale verplichting zal ook resulteren in aanzienlijke btw-boetes.

In de praktijk mag het kasboek ook als dagontvangstenboek worden gebruikt indien voldaan wordt aan de hoger vermelde voorwaarden en de dagontvangsten van dag tot dag nauwkeurig worden ingeschreven.

Elektronische dagontvangstenboeken zijn toegelaten maar hier stelt de wetgever strikte voorwaarden. Het systeem moet toelaten om op het einde van iedere dag een financieel rapport te genereren met minstens de volgende vermeldingen:

  • totalen dagontvangsten per btw-tarief
  • afzonderlijke inschrijvingen indien verkoop per eenheid > 250 euro
  • een totaal per btw-tarief na elke periode (= 1 maand)
  • Het mag technisch niet mogelijk zijn om een gegeven na de inschrijving in het digitale dagontvangstenboek te wijzigen of te verwijderen zonder een spoor na te laten. M.a.w. moet de oorspronkelijke inschrijving altijd leesbaar blijven. Het is aan de belastingplichtige om te bewijzen dat aan deze voorwaarde wordt voldaan en dat de correcties terecht zijn.

De belastingplichtige zal met andere woorden de integriteit van het digitale dagontvangstenboek moeten bewaken door bijvoorbeeld:

  • geavanceerde digitale handtekening
  • een systeem van bedrijfscontroles
  • een vertrouwde cloud aanbieder
  • een onveranderlijke database
  • een systeem van blockchain
  • ondertekening door een externe partij
  • een combinatie van meerdere voorgaande systemen/middelen

Bovendien zal de belastingplichtige de leesbaarheid van de digitale informatie moeten waarborgen en garanderen.

Het correct houden van een dagontvangstenboek is met andere woorden van uitzonderlijk belang voor de bewijskracht van Uw boekhouding en kan veel fiscale ellende vermijden.

Mocht U hieromtrent vragen hebben of verdere verduidelijkingen wensen, noteer dan dat alle medewerkers klaar staan om U verder te helpen.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel, fiscaal accountant ITAA 11308681 – 04/05/2021)




Globalisatiemechanisme

Mogelijk komt U in aanmerking voor het Globalisatiemechanisme, een nieuwe steunmaatregel voor getroffen ondernemingen ingevolge corona?

Deze maatregel biedt steun aan ondernemingen die in de periode van 01/04/2020 tot en met 31/12/2020 een omzetdaling van minstens 60% registreerden en bovendien een boekhoudkundig verlies hebben geleden.

Er zijn verschillende voorwaarden gekoppeld aan deze steunmaatregel die toch een heel aantal ondernemers zullen uitsluiten van deze nieuwe tegemoetkoming en ook eenmanszaken komen niet in aanmerking. Meer informatie in deze link.

Meent U aan de voorwaarden te voldoen dan kan U contact opnemen met Uw dossierbeheerder om alle informatie te verzamelen en een aanvraag te organiseren.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel, fiscaal accountant ITAA 11308681 – 30/03/2021)




Meldingsplicht bij verkeersboetes met bedrijfswagen vergeten? Een zware sanctie kan volgen ….

Vele ondernemers hebben een bedrijfswagen ter beschikking van de onderneming of stellen een bedrijfswagen ter beschikking van hun werknemers.

En iedereen maakt wel eens een foutje of een fout die aanleiding geeft tot een verkeersboete. Maar weet u ook dat u verplicht bent om de identiteit van de chauffeur mee te delen in het geval van een overtreding ?

Indien niet kunnen de gevolgen immers zwaar zijn, want ook dit misdrijf wordt tegenwoordig vervolgd door het Parket met een minnelijke schikking van 500 euro en bij een eventuele vervolging voor de Politierechtbank wordt een vennootschap minimaal beboet voor een bedrag van maar liefst 4.000 euro.

Ook een kleine snelheidsovertreding kan op deze manier zware financiële gevolgen hebben!

 

(Auteur: Bruno Van De Poel, Kredietexpert en KMO-adviseur – 30/03/2021)




De Corona telewerkaangifte = aanvullende administratieve rompslomp die de ondernemer-werkgever niet verdient!!

De ondernemingen, waarvan de meeste de negatieve impact van de Corona-crisis ervaren, worden met een nieuwe en verplichte administratieve formaliteit opgezadeld.

De situatie op uw werkvloer vanaf 01/04/2021 moet gerapporteerd worden via de RSZ-diensten ten laatste op 06/04/2021. Daarbij zal u het aantal medewerkers in de onderneming moeten rapporteren alsook bevestigen hoeveel medewerkers een functie hebben die niet telewerkbaar is en dit per vestigingseenheid.

Meer informatie omtrent deze verplichte aangifte vindt u in deze link.

Abeka begrijpt dat telewerk belangrijk is in de strijd tegen Covid-19, maar ziet niet in hoe deze aanvullende administratieve formaliteit gaat bijdragen. Zeer spijtig dat deze verplichting wordt opgelegd zonder enig overleg met de werkgevers die in het algemeen reeds zware inspanningen leveren om het werk zo veilig mogelijk te organiseren!

 

(Auteur: Edwin Van Lommel, fiscaal accountant ITAA 11308681 – 30/03/2021)




Zorg ervoor dat het een vriendenaandeel blijft!

Vanaf 11 februari 2021 kan je als particulier tot maximaal 75.000 euro investeren in een Vlaamse KMO in ruil voor een fiscaal voordeel, het zogenoemde vriendenaandeel.

De KMO kan op basis van vriendenaandelen maximum 300.000 euro aanvullend kapitaal ophalen en een combinatie met winwinleningen is mogelijk.

Het fiscaal voordeel is beperkt tot een belastingkrediet van 2,5% op het bedrag vriendenaandeel en dit gedurende een periode van 5 jaar. Het maximale voordeel is zodoende 1.875 euro belastingkrediet per jaar.

Meer informatie vindt U in deze link.

Wij stellen ons dan ook de vraag of dit beperkte fiscale voordeel voldoende zal zijn om de particuliere vrienden aan te zetten tot financiële risico’s.

En wat als de totale investering verloren gaat? Zal dit dan ook gelden voor de vriendschap?

 

(Auteur: Edwin Van Lommel, fiscaal accountant ITAA 11308681 – 01/03/2021)




Een intrest van 10,20% voor schuld aan Uw vennootschap? Stop de intrestwaanzin!

Gisteren is het intrestpercentage voor de voordelen alle aard voortvloeiend uit voorschotten in rekening courant bestuurder/zaakvoerder gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.

Een fictieve debetrente van 10,20% voor inkomstenjaar 2020 is aanzienlijk in de wetenschap dat op Uw tegoeden in de vennootschap slechts een intrest van 4,06% fiscaal aanvaard wordt.

Indien U dus een niet-hypothecaire schuld zonder vaste looptijd heeft aan de vennootschap zal U voor inkomstenjaar 2020 belast worden op een voordeel alle aard fictieve debetrente van 10,20%. Bedraagt Uw schuld aan de vennootschap gemiddeld 20.000 euro op jaarbasis dan is de intrest waarop U belast wordt 2.040 euro. U wordt niet enkel belast in de personenbelasting (progressieve tarieven) op dit voordeel alle aard, maar bovendien wordt het ook onderworpen aan sociale bijdragen.

Stop deze intrestwaanzin en zet Uw rekening courant om in een lening op lange termijn met vaste looptijd en marktconforme tarieven. Zorg ervoor dat U hierbij rekening houdt met de wettelijke voorschriften en leef alle contractuele voorwaarden van de overeenkomst na. In het andere geval is immers de kans groot dat de fiscus zal stellen dat de overeenkomst werd opgesteld enkel en alleen om belastingen te ontwijken. Of met andere woorden geveinsd …

 

(Auteur: Edwin Van Lommel, fiscaal accountant ITAA 11308681 – 02/03/2021)




De Vlaamse Kredietbemiddelaar

Recente nieuwsberichten leren ons dat heel wat ondernemingen moeilijkheden ondervinden inzake de (her)financiering van de activiteiten.

Mogelijk kan de Vlaamse Kredietbemiddelaar soelaas bieden?  Meer info op VLAIO.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel, fiscaal accountant ITAA 11308681)




Een intrest vragen op Uw persoonlijke tegoeden zonder fiscale gevolgen.

Vele ondernemers hebben de voorbije maanden privé gelden moeten injecteren in hun vennootschap. U kan als ontlener een marktconforme intrest vragen.

Fiscaal wordt voor het kalenderjaar 2020 een intrest van 4,06% als marktconform beschouwd en voor het kalenderjaar 2021 bedraagt deze intrest 4,07% op jaarbasis.

Wordt de marktconforme intrest overschreden, dan is dat gedeelte alvast fiscaal niet aftrekbaar voor de vennootschap.

Er dient bovendien ook rekening te worden gehouden met een andere beperking die stelt dat de rentegevende voorschotten niet hoger mogen zijn dan de belaste reserves van de vennootschap bij het begin van het boekjaar en het gestorte kapitaal/vermogen aan het einde van het boekjaar.

De intresten worden bij uitkering belast met een bevrijdende roerende voorheffing van 30%.

Uw Abeka-adviseur vertelt er U graag meer over.

 

(Auteur: Bruno Van De Poel (bruno@abeka.be, mobile 0472/61.11.64 ), Kredietexpert en KMO-adviseur)