1

Verhoging roerende voorheffing van 25% naar 27% vanaf 1 januari 2016, maar wat bij uitkering?

Wij hebben vastgesteld dat veel van onze klanten gebruik gemaakt hebben van de “bijzondere liquidatiereserve”. En niet ten onrechte! Reserves of overgedragen winsten kunnen op deze manier via dividenden, zonder tot liquidatie over te gaan, uitgekeerd worden aan een anticipatieve heffing van 10% met daarbovenop 5% bij uitkering (indien men uitkeert na 5 jaar). De werkelijk betaalde belasting bedraagt dan 13,64% (zie artikel van onze vorige nieuwsbrief: Bijzondere liquidatiereserve aanslagjaar 2013: deadline nadert!).

Op 1 januari 2016 werd de roerende voorheffing verhoogd van 25% naar 27%.

Er blijven nog slechts enkele kleine uitzonderingen (15% rv): de inkomsten uit cessie of concessie van auteursrechten, de “Leterme bon”, de VVPR-KMO regeling, intresten van spaardeposito’s boven de vrijgestelde schijf.

Ter herinnering: VVPR-KMO regeling: 15% rv op dividenden van aandelen die zijn uitgegeven in ruil voor een inbreng in geld sinds 01/07/2013.

Heeft men gebruik gemaakt van de bijzondere liquidatiereserve, zoals hierboven beschreven, dan blijft bij uitkering na 5 jaar de belasting 5%. Indien men echter uitkeert binnen de 5 jaar, dan wordt de belasting toch nog 17% in plaats van 15%.

 

(Auteur: Georges Bauwens, erkend boekhouder-fiscalist BIBF 301 85 790)




BTW op bestuurdersvergoedingen opnieuw uitgesteld tot 01/04/2016 – BTW-eenheid!!!

Bent u een bestuurder of zaakvoerder die zijn mandaat uitoefent via een vennootschap, dan is volgend artikel belangrijk.


Hoe zit het juist in elkaar?

  • Bestuurdersbezoldigingen voor een natuurlijk persoon zijn niet aan BTW onderworpen.
  • Voorheen konden bestuurdersvennootschappen kiezen om hun bestuurdersvergoedingen al dan niet aan BTW te onderwerpen.
  • De eerste verlenging gebeurde tot 01/01/2016.
  • Bedoeling was om vanaf 01/01/2015 deze bestuurdersvergoedingen (periodieke vergoedingen, tantièmes, presentiegelden) voor vennootschappen aan de BTW te onderwerpen.
  • Er werd beslist de inwerkingtreding van deze maatregel terug met 3 maanden uit te stellen tot 01/04/2016.
  • Nadeel: Voor vennootschappen welke niet onderworpen zijn aan de BTW kan dit een meerkost tot gevolg hebben. Mogelijk kan de BTW-eenheid een oplossing bieden.  Informeer tijdig.

 

(Auteur: Georges Bauwens, erkend boekhouder-fiscalist BIBF 301 85 790)




Verbouwen aan 6% btw: welke woningen vallen uit de boot? Een overgangsmaatregel werd voorzien!!

Vanaf 1/1/2016 zal, om verbouwingen aan privé-woningen tegen 6% btw gefactureerd te krijgen, de eerste ingebruikname van de woning tenminste 10 jaar aan de werken moeten voorafgegaan zijn. Tot op heden was deze termijn 5 jaar.
Woningen met ingebruikname 2007-2010 vallen dus uit de boot. Maar gelukkig genoeg heeft men in laatste instantie voorzien in een overgangsmaatregel voor woningen die vanaf 01/01/2016 niet voldoen aan de nieuwe ouderdomsvereiste.

Voorwaarden om in aanmerking te komen voor de overgangsmaatregel om zodoende de oude “tariefregeling 2015” te kunnen genieten tot uiterlijk 31.12.2017

Voorafgaandelijke opmerking:
Woningen die na 31/12/2010 voor het eerst in gebruik zijn genomen kunnen zich NIET beroepen op de “tariefregeling 2015” noch op de overgangsmaatregel. Voor dergelijke woningen geldt het normale btw-tarief van 21%.

Om na 31/12/2015 alsnog in aanmerking te kunnen komen voor de “tariefregeling 2015”:

1. moet de woning tussen 01/01/2007 en 31/12/2010 voor het eerst in gebruik zijn genomen

2. moet op 31/12/2015 voldaan zijn aan alle toepassingsvoorwaarden van de “tariefregeling 2015”

3. dient:

  • de overeenkomst met betrekking tot de concrete werken gesloten te zijn uiterlijk op 31/12/2015.
    Naast de wettelijk voorziene gevallen waarin een overeenkomst vaste dagtekening heeft (o.a. registratie op een registratiekantoor naar keuze of de opname van de hoofdinhoud van de overeenkomst in een authentieke (notariële) akte), kan de vaste datum van de overeenkomst ook worden aangetoond indien de dienstverrichter/aannemer uiterlijk op 31/12/2015 een kopie van de overeenkomst aan zijn btw- controlekantoor bezorgt (zie ook onderstaande opmerkingen). Het btw- controlekantoor reikt in dat geval een ontvangstbewijs uit met vermelding van de datum van ontvangst en de coördinaten van de betrokken partijen (dienstverrichter en bouwheer) (Opgelet de btw-controlekantoren zullen van 25/12/2015 tot en met 03/01/2016 gesloten zijn ) OF;
  • voor de werken onderworpen aan een stedenbouwkundige vergunning dient de aanvraag met betrekking tot de concrete werken ingediend te zijn uiterlijk op 31/12/2015. De indieningsdatum moet worden aangetoond aan de hand van: een door de gemeente uitgereikt ontvangstbewijs OF het bewijs van aangetekende verzending OF het bewijs van digitale indiening via een overheidsplatform. De aannemer/dienstverrichter moet een kopie bewaren van die aanvraag, het bewijs van de indieningsdatum en de stedenbouwkundige vergunning OF;
  • voor de werken onderworpen aan een stedenbouwkundige meldingsplicht, moet het meldingsformulier met betrekking tot de concrete werken ingediend zijn uiterlijk 31/12/2015. De indieningsdatum moet worden aangetoond aan de hand van: een door de gemeente uitgereikt ontvangstbewijs OF het bewijs van aangetekende verzending OF het bewijs van digitale indiening via een overheidsplatform. De aannemer/dienstverrichter moet een kopie bewaren van het meldingsformulier en van het bewijs van de indieningsdatum.

4. moet de factuur m.b.t. deze werken uiterlijk 31/12/2017 uitgereikt zijn.

Link artikel: “Voor welke renovatiewerken geldt het btw-tarief van 6%?”

 

(Auteur: Georges Bauwens, erkend boekhouder-fiscalist BIBF 301 85 790)




Bijzondere liquidatiereserve aanslagjaar 2013: deadline nadert!

De fameuze taxshift voorziet in een verhoging van de roerende voorheffing van 25 naar 27 %. Maar nu nog kan u vroegere winsten uit uw vennootschap halen aan 10% of aan 13,64% (werkelijke belastingsdruk). Yes, you can!!!! Zelfs nog voor de winsten van boekjaar 2012 en 2013!!!!

Spijtig genoeg werd de benaming “liquidatie” er op geplakt, maar niets is minder waar.

Wie overweegt om gebruik te maken van de bijzondere liquidatiereserve voor de winst over aanslagjaar 2013 (veelal boekjaar 2012) maar nog geen definitieve beslissing daartoe genomen heeft, dient nu echt wel in actie te komen. De bijzondere heffing van 10 % dient immers vóór 30 november 2015:

  • via een bijzondere aangifte ingediend te worden
  • op de rekening van de belastingsadministratie te staan

 

Waarover gaat het?

U herinnert zich ongetwijfeld dat de Regering Di Rupo de roerende voorheffing (RV) over de liquidatieboni met ingang van 1 oktober 2014 verhoogde van 10 % naar 25 %. Daarbij werd wel in een overgangsregeling voorzien voor de bestaande reserves. Die mochten als dividend uitgekeerd worden tegen betaling van 10 % RV, waarna het nettobedrag in kapitaal geïncorporeerd werd. Dit systeem staat bekend als de “interne vereffening”. In praktijk ging het veelal over belaste reserves tot en met aanslagjaar 2012.

De regering Michel heeft bij haar aantreden een permanent karakter gegeven aan dit systeem (al zijn er wel wat positieve verschilpunten). Het nieuwe stelsel staat bekend als de liquidatiereserve en is van toepassing sinds aanslagjaar 2015.

Dat betekent dat de winsten over aanslagjaren 2013 en 2014 tussen wal en schip vielen. Met de bijzondere liquidatiereserve wil de regering alsnog een éénmalige kans geven om de winst van die jaren mee te betrekken in de liquidatiereserve.

 

Waarom zou u gebruik maken van de (bijzondere) liquidatiereserve?

Door gebruik te maken van de (bijzondere) liquidatiereserve en dus nu de afzonderlijke heffing van 10 % te betalen, is er bij latere vereffening geen RV meer verschuldigd.

Bij een gewone dividenduitkering van deze liquidatiereserve is daarentegen nog slechts 5 % RV verschuldigd, mits het respecteren van een wachttermijn van 5 jaar (helaas).

Wacht je geen 5 jaar, dan bedraagt de RV alsnog 15 %.

Het is dus duidelijk dat er een brede kloof gaapt tussen het verlaagd tarief van 10 % resp. 15 % (wachttijd 5 jaar) en het gewone tarief van 25 %. In praktijk is het verschil zelfs nog iets groter.  Gelet op de berekeningswijze van de bijzondere heffing van 10 % en het feit dat deze wordt gedragen door de vennootschap (en niet door de aandeelhouder zoals bij een dividend), bedraagt de werkelijke belastingdruk op een dividend (na wachttermijn van 5 jaar) slechts 13,64 %.

Door gebruik te maken van de (bijzondere) liquidatiereserve kan u de globale belastingdruk dus gevoelig verminderen!

Bovendien wordt de kloof alleen maar groter als gevolg van de tax shift: het gewone tarief RV zal immers stijgen naar 27 %.

Terloops, voor wie gebruik maakt van de liquidatiereserve en vervolgens overgaat tot uitkering van een dividend in jaar 1, zal 17 % (in plaats van 15 % RV) moeten inhouden.

 

Voor wie is dit interessant?

De liquidatiereserve staat enkel open voor kleine ondernemingen. Wat de bijzondere liquidatiereserve betreft, volstaat het dat de vennootschap zich als ‘klein’ kwalificeerde voor aanslagjaar 2013 resp. 2014, ook al is ze intussen ‘groot’.
In volgende omstandigheden is de bijzondere liquidatiereserve zeker het overwegen waard:

  • uw ondernemingsrisico is relatief beperkt (de kans op toekomstige verliezen is gering)
  • u heeft vereffeningsplannen (de wachttermijn van 5 jaar geldt hier niet!)
  • de vennootschap heeft overtollige liquiditeiten die niet geïnvesteerd worden
  • het eigen rendement op deze liquiditeiten weegt niet op tegen de belastingbesparing (de bijzondere heffing die u nu betaalt, kan u uiteraard niet meer beleggen)
  • u kan de beschikbare liquiditeiten (na wachttermijn van 5 jaar) zelf goed gebruiken
  • alle aandeelhouders (of veruit de belangrijkste) zijn natuurlijke personen.

In de praktijk is de (bijzondere) liquidatiereserve veelal interessant voor vennootschappen van vrije beroepers, consultants en managers. Dat neemt niet weg dat de regeling ook voor andere KMO’s nuttig kan zijn.

 

Wat moet u doen?

Wie gebruik wil maken van de bijzondere liquidatiereserve over aanslagjaar 2013 moet daartoe vóór 30 november 2015 een bijzondere aangifte indienen alsook de overeenkomstige belasting betalen.

Het is overigens mogelijk om meteen ook de bijzondere liquidatiereserve over aanslagjaar 2014 (inkomstenjaar 2013) af te wikkelen, al heeft u daartoe nog tot 30 november 2016 tijd.

 

Advies:

Al onze klanten, waarvan wij dachten dat zij voor deze opportuniteit in aanmerking kwamen, werden door Abeka+ reeds pro-actief geadviseerd.

In het geval u over deze fiscale opportuniteit nog vragen zou hebben kan u, klant zijnde of niet, nog deze week met ons contact opnemen zodat wij samen met u kunnen bespreken of deze bijzondere liquiditeitsreserve iets voor u is en wij deze alsnog tijdig kunnen implenteren.




Hoe fiscaal voordelig een geschenk geven aan uw relaties en medewerkers?

Relatiegeschenken geven aan uw zakenrelaties en personeel ter gelegenheid van een huwelijk, verjaardag, pensionering, … het is een mooie geste.  Nu het eindejaar in aantocht is, toch even resumeren wat kan en mag, want … de fiscus kijkt mee.

 

Kosten van relatiegeschenken aan zakenrelaties zijn voor 50% aftrekbaar

Belangrijk is dan wel dat u zich beperkt tot een maximaal bedrag van € 125,00 per jaar en per persoon.

Bedraagt het bedrag toch meer dan € 125,00, dan beschouwt de fiscus dit als een “voordeel alle aard” en moet er een fiche 281.50 opgemaakt worden.  De zakenrelatie zal hierop dan belast worden (een vergiftigd geschenk dus …), maar de kost is dan voor de schenker wel 100% aftrekbaar.

De btw op relatiegeschenken is volledig recupereerbaar indien dit per geschenk én per klant minder dan € 50,00 (exclusief btw) bedraagt.  Is het bedrag hoger, dan is de btw niet aftrekbaar.

Uiteraard is geweten dat btw op alcohol en rookwaren nooit aftrekbaar is.

Voor relatiegeschenken aan particulieren geldt die grens van € 125,00 niet, de uitgave is dan ook maar voor 50% aftrekbaar.

 

Reclameartikelen

Regelmatig wordt ons gevraagd of reclameartikelen ook onder deze beperking vallen.

Reclameartikelen, die geen verbruiksgoederen zijn, waarop duidelijk het logo, de naam, het adres, het telefoonnummer, de website, … staan, zijn voor 100% aftrekbaar, zowel fiscaal als voor de btw.

Meestal vallen hieronder: agenda’s, kalenders, onderleggers, balpennen, petten, T-shirts, …

 

Geschenken aan personeel

Geschenken aan het personeel bij bepaalde gelegenheden zijn fiscaal aftrekbaar, btw-recupereerbaar en RSZ vrijgesteld als zij het bedrag van € 35,00 (inclusief btw) per persoon (plus € 35,00 per kind) per jaar niet overtreffen.

Betreft het een pensionering, dan wordt een fiscaal bedrag van € 35,00 per dienstjaar aanvaard.  Maar de btw is niet recupereerbaar als het geschenk meer kost dan € 50,00 (exclusief btw).  Voor de RSZ echter geldt er een maximum aan vrijstelling van € 875,00.

Wilt u een werknemer belonen die 25 jaar of 35 jaar dienst heeft, dan kan u als werkgever een premie geven, vrij van belastingen en RSZ, van maximaal één (25 jaar) en maximaal twee (35 jaar) brutomaandlonen.  Deze kost is echter fiscaal niet aftrekbaar.

Bij een huwelijk/wettelijke samenwoning is het geschenk voor de werknemer vrijgesteld van belastingen tot € 200,00.

Het geschenk is voor de schenker volledig aftrekbaar, ook indien het € 200,00 overtreft (fiche 281.10 opmaken).  De btw is niet recupereerbaar.  Er is slechts een vrijstelling RSZ tot € 200,00.

 

Tickets voor een evenement

Tickets voor films, theater, sportwedstrijden etc., het is altijd leuk om ze te mogen ontvangen.
Maar ook hier blijft de fiscus/btw waakzaam.

Vooreerst gaan wij ervan uit dat deze tickets echt beroepsmatig zijn.

Fiscaal gezien heeft de fiscus al aangegeven dat het aanbieden van gratis tickets voor klanten aftrekbaar zijn en niet belastbaar in hoofde van de genieter. De fiscus heeft dit reeds meerdere malen bevestigd voor sportwedstrijden, culturele activiteiten etc.

Maar voor de aftrek btw ligt het weer heel wat moeilijker.

Het is goed om weten dat de € 50,00 grens voor de btw hier niet van toepassing is, men geeft immers geen goed, weg maar een dienst.

Geeft u tickets aan uw klanten weg, dan is de btw niet aftrekbaar, tenzij u kan bewijzen dat u echt aanwezige publiciteit voert die “vermoedelijke verkopen“ kan aantonen.
Deze 100 % aftrekbaarheid geldt tevens voor sponsoring van een evenement, waarbij u gratis tickets hebt gekregen.
Geeft u tickets weg bij de verkoop van een product, dan is ook hier de btw aftrekbaar.
Verloot u echter tickets, dan is de btw weer niet aftrekbaar.

Geeft u tickets aan uw medewerkers, dan is de btw enkel aftrekbaar als u de tickets geeft aan al uw medewerkers. Dan is het immers een sociaal voordeel.

Een goede raad: zorg ervoor dat u volwaardige facturen van de tickets kunt voorleggen, publiciteit terzake bijhoudt, mailings kunt voorleggen, namen noteert, eventuele foto’s neemt.
Het kan uw dossier alleen maar sterker maken.

 

Prijzen bij tombola’s, braderijen etc.

Zijn fiscaal aftrekbaar, wat de btw betreft dien je hier rekening te houden met de aankoopprijs exclusief btw. Ligt deze hoger dan € 50,00, dan is de btw niet aftrekbaar.

 

Tip:

De Administratie zal altijd erg geïnteresseerd meekijken bij het uitdelen van relatiegeschenken.  Zorg daarom voor een gedetailleerde lijst van wie wat gekregen heeft.

 

(Auteur: Georges Bauwens, erkend boekhouder-fiscalist BIBF 301 85 790)




Voor welke renovatiewerken geldt het btw-tarief van 6%?

Werken aan de binnenkant van de woning

  • sanitair (wc’s, bad, douche, lavabo …) aangesloten op de waterleiding of de riolering, bijhorende vaste badkamerkasten op maat, vaste ventilators en luchtverversers in de badkamer
  • nieuwe elektriciteit (leidingen, stopcontacten …)
  • voor verlichtingsarmaturen en bijhorende lampen geldt het btw-tarief van 21%, behalve als die armaturen volledig ingewerkt zijn in het plafond.
  • een elektrische bel, vaste brandalarmtoestellen, vaste alarmtoestellen tegen diefstal, huistelefooninstallatie (als blijvend verbonden aan de woning)
  • centrale verwarming of airconditioning met alle toestellen inbegrepen
  • de levering met plaatsing van kachels, radiators, individuele convectors op hout, kolen, olie, gas of elektriciteit kan ook aan het btw-tarief van 6%
  • elektrische convectors moeten rechtstreeks en blijvend zijn aangehecht aan de elektrische installatie van het gebouw. Voor elektrische convectors die enkel via een stopcontact zijn aangesloten, geldt het btw-tarief van 21%.
  • isolatie van de woning
  • wandbekleding, vloerbekleding (tegels, laminaat …) die wordt vastgemaakt of ter plaatse op maat wordt gesneden volgens de afmetingen van de te bedekken oppervlakte
  • een nieuwe schouw, open haard
  • een keuken bestaande uit opbergkasten, gootsteen, afzuigkap …
  • voor inbouwtoestellen zoals oven, microgolf, kookplaat, gas- of elektriciteitsfornuis, koelkast, diepvriezer, vaatwasmachine, wasmachine en droogkast geldt steeds het btw-tarief van 21%.
  • opbergkasten die onroerend van aard zijn, bijv. als scheidingswand tussen twee kamers
  • het afkrabben en vernissen van parketvloeren
  • de binnen- en buitenschilderwerken en het behangen

 

Werken aan de buitenkant van de woning

  • vernieuwen van de voorgevel van de woning door haar te bepleisteren, er een nieuwe baksteen voor te plaatsen, het mos te verwijderen, te hervoegen, het verwijderen van aanslag op gevels door zandstralen of een andere methode
    luiken, rolluiken en rolgordijnen aan de buitenkant van het gebouw
  • een veranda aan uw woning
  • een pergola als ze deel uitmaakt van de eigenlijke woning
  • een terras grenzend aan de woning
  • een garage of bijkomende garage die deel uitmaakt van de woning zodanig dat ze gebruikt wordt door de bewoners

 

Onderhoud van de woning

  • het vegen van schoorstenen, het ontstoppen van riolen en leidingen
    onderhoudswerken aan liften en aan installaties voor centrale verwarming, zelfs indien onderschreven door een abonnement (zie ook het laatste punt van volgende vraag)
  • reinigingswerken die de uitvoering van onderhoudswerken voorafgaan (bijv. de reiniging van een te verven oppervlakte)

 

Algemeen

  • de betaalde werkuren voor deze renovatiewerken
  • onderhouden en herstellen van bovenstaande werken

 

(Auteur: Georges Bauwens, erkend boekhouder-fiscalist BIBF 301 85 790)




Uitstel voor BTW-plichtigen: zomerregeling

Op voorstel van de Minister van Financiën zal de FOD Financiën tijdens de zomervakantie 2015 faciliteiten verlenen aan de BTW-belastingplichtigen.  Het gaat hoofdzakelijk om een versoepeling van de termijnen voor het indienen van de BTW-aangiften en de intracommunautaire opgaven:

  • BTW-aangifte en ICO van juni 2015: in te dienen ten laatste op 10/08/2015
  • BTW-aangifte en ICO van het 2de kwartaal 2015: in te dienen ten laatste op 10/08/2015
  • BTW-aangifte en ICO van juli 2015: in te dienen ten laatste op 10/09/2015

Deze faciliteiten zijn niet van toepassing voor het indienen van de aangiften en de betalingen in het kader van “Mini One Stop Shop” (MOSS).


Opgelet:

De verschuldigde BTW en het voorschot moeten nog wel op de normale vervaldagen betaald worden:

  • BTW: ten laatste op 20/07/2015
  • voorschot: ten laatste op 20/08/2015

 

(Auteur: Georges Bauwens, erkend boekhouder-fiscalist BIBF 301 85 790)




Vlaanderen verlaagt tarieven om vastgoed te schenken drastisch!!

Als u een onroerend goed wil schenken, dan moet u naar de notaris gaan.  U kan in dit geval geen handgift doen, aangezien u een onroerend goed niet van hand tot hand kan overhandigen.

Op een handgift (vrij van schenkbelasting) is ook geen erfbelasting verschuldigd voor zover de schenker meer dan 3 jaar na deze handgift komt te overlijden.  Indien binnen de 3 jaar na de schenking de schenker overlijdt, zal er alsnog erfbelasting dienen betaald te worden.

Men kan ook roerende goederen (cash, juwelen, effecten, …) schenken.

Bij een schenking van roerende goederen gelden vlakke tarieven schenkbelasting in het Vlaamse Gewest:

  • 3% tussen partners, (groot)ouders en (klein)kinderen
  • 7% voor alle anderen

De schenkingsrechten verschillen van gewest tot gewest.  De woonplaats van de schenker bepaalt welk schenkingsrecht van toepassing is.  Het gewest waar u de schenkingsakte tekent, speelt geen enkele rol, net zomin als de woonplaats van de begiftigde of de ligging van de geschonken goederen.  Woonde de schenker in de 5 jaar voorafgaand aan de schenking in meerdere gewesten, dan kijkt de overheid naar het gewest waar de schenker het langst heeft gewoond.

Voor onroerende goederen verlaagt de Vlaamse overheid vanaf 01/07/2015 drastisch de tarievenstructuur van de schenkbelasting.

Men heeft voortaan een normaal tarief en een verlaagd tarief.

De Vlaamse overheid voorziet in 2 gevallen een verlaagd tarief van schenkbelasting voor woningen.  In de praktijk gaat het om een terugvordering.  Bij de schenking wordt het normale tarief betaald en als nadien blijkt dat de begiftigde aan de voorwaarden voor de korting voldoet, kan hij de teveel betaalde schenkbelasting terugvorderen.

In deze 2 gevallen komt u in aanmerking voor het verlaagde tarief:

  • Binnen de 5 jaar voor minstens € 10.000,00 energiezuinige renovaties laten uitvoeren.  De aannemer die de werken uitvoert, moet daarvan een attest afleveren.  Zelf de werken uitvoeren, komt niet in aanmerking.
  • Binnen de 3 jaar na de schenking de woning verhuren gedurende minimum 9 jaar.  Zegt de huurder de huurovereenkomst op voor de afloop van die 9 jaar, dan heeft u 6 maanden de tijd om een nieuwe huurder te vinden.  De huurovereenkomst moet worden geregistreerd en u moet een conformiteitsattest laten opstellen.  Blijkt op een bepaald moment dat u de verlaging onterecht heeft gekregen, dan moet u niet alleen de verlaging terugbetalen, maar ook een boete van 20%.

De tarieven worden nog steeds toegepast per begiftigde en per schenker.

Voor onroerende goederen geldt in het Vlaamse gewest volgende schenkbelasting:

Rechte lijn en partners

Dia1
Broers en zussen, ooms, tantes, neven, nichten, vreemden

Dia1

Tevens geldt nog steeds de tariefverlaging voor de schenking van bouwgronden en dit tot eind 2019.

De tariefverlaging komt neer op een korting van 2% op de eerste schijf van € 150.000. Daarboven geldt het “gewone “ arief.

Er zijn wel 2 voorwaarden aan deze verlaging verbonden:

  • de geschonken bouwgrond moet in het Vlaams Gewest liggen
  • de begiftigde moet binnen de 5 jaar na de datum van de schenkingsakte zijn hoofdverblijfplaats in de woning op de geschonken bouwgrond vestigen.

 

(Auteur: Georges Bauwens, erkend boekhouder-fiscalist BIBF 301 85 790)




Vergelijking gehuwden – wettelijk samenwonenden – feitelijk samenwonenden

De voorbije jaren zijn er aanzienlijk wat zaken gewijzigd voor de samenwonenden. Hoog tijd om eens een overzichtelijke vergelijkende tabel op te maken over de gelijkenissen en verschillen tussen gehuwden, wettelijke samenwonenden en feitelijke samenwonenden. Uiteraard gaat er bij een schematisch overzicht heel wat informatie verloren, maar teveel detail maakt een tabel onleesbaar.

Bij verdere vragen kan het Abeka-team  of uw notaris u meer gedetailleerde informatie bezorgen.

Een gouden tip! Ga geregeld na of uw specifieke samenlevingsvorm niet moet herzien worden. Denk daarbij ook zeker na over de inhoud van uw huwelijks- of samenlevingscontract.

Tabel-gehuwden-wettelijk-samenwonenden-feitelijk-samenwonenden

 

(Auteur: Georges Bauwens, erkend boekhouder-fiscalist BIBF 301 85 790)




BTW op eten en drinken in het kader van een publicitair karakter aftrekbaar !!!

Eindelijk, na jaren van weigering, legt de Btw zich toch neer bij het feit dat de btw op kosten van eten en drinken, gemaakt in het kader van een publicitaire activiteit, volledig aftrekbaar is.
Volgens het Hof van Cassatie moet er immers niet gekeken worden naar de aard van de kost, maar wel naar het doel van de kost.

Het is wel belangrijk dat u kunt aantonen dat het evenement, de opendeurdag e.d. een publicitair karakter heeft en de directe verkoop van diensten of producten tot doel heeft.
Documenteer u daarom met alles wat u kan verzamelen: uitnodigingen, mails, foto’s, reacties van mogelijke klanten, bestellingen door klanten…. Het zal u bij een controle het leven aangenamer maken.

En wat het verleden betreft? U kan tot 2012 teruggaan om via uw btw-aangifte een rectificatie te maken.

De belastingen echter blijven wat de aftrekbaarheid van dergelijke kosten betreft hun strenge visie behouden. Zij maken nog steeds een onderscheid tussen publiciteits- of reclamekosten (kosten volledig aftrekbaar) en receptiekosten (kosten 50 % aftrekbaar).
Deze visie van de belastingen heeft al veel discussie uitgelokt.

De fiscus ziet publiciteitskosten enkel als echte demonstratiekosten in de zin van het laten proeven van uw producten, het uitdelen van stalen van uw producten.

De fiscus vindt dat receptiekosten die kosten zijn die u maakt in het kader van externe relaties. Erger wordt het nog dat het dan wel degelijk betrekking heeft op alle kosten die gemaakt werden: afhuren ruimte, kosten van traiteur, hostess, salarissen van personeel die verband houden met het ontvangen van de bezoekers.

De fiscus geeft wel toe dat de aard en de definitie van ‘kosten van onthaal’ en ‘receptiekosten’ grotendeels gelijklopen, maar hij vindt dat de beperking van de aftrek van deze kosten tot 50% louter het gevolg is van de wet, waarin dit nu eenmaal zo voorzien is.

Misschien kan u met het aangelegde dossier voor de bewijskracht aftrekbaarheid btw ook wel eens uw controleur belastingen overtuigen?

 

(Auteur: Georges Bauwens, erkend boekhouder-fiscalist BIBF 301 85 790)