1

Toch een tolerantie voor een laattijdige betaling van de verschuldigde BTW?

Ten gevolge de invoering van de nieuwe BTW-ketting vanaf 01/01/2025 schreven wij reeds een artikel met betrekking tot de aanzienlijke boetes bij laattijdige betaling van de verschuldigde BTW.

In circulaire 2025/C/6 dd. 27/01/2025 heeft de fiscus voorzien in een tolerantie voor “compliant” BTW-plichtigen. Dit komt er op neer dat betalingen, die uiterlijk worden ontvangen door de fiscus op de 10e dag van de tweede maand volgend op de aangegeven periode, als een tijdige betaling worden beschouwd.

De letterlijke bewoordingen uit de circulaire:

“Een administratieve en proportionele geldboete wordt opgelegd aan belastingplichtigen die de verschuldigde belasting niet op tijd betalen. Deze boete is wettelijk verschuldigd vanaf de eerste dag volgend op de betalingstermijn, zoals hierboven bepaald.  Om tegemoet te komen aan de bezorgdheid dat automatisch en onmiddellijk een geldboete zal worden opgelegd aan een compliant btw-belastingplichtige indien de verschuldigde btw te laat betaald wordt, zal op vraag van de heer minister van Financiën in het geval van laattijdige betaling steeds de boete voor gehele of gedeeltelijke niet-betaling of laattijdige betaling worden opgelegd, rekening houdend met betalingen die uiterlijk op de tiende dag van de tweede maand volgend op de aangegeven periode zijn ontvangen.

Deze tolerantie geldt niet wanneer de rechten van de schatkist in gevaar zijn of wanneer uit feitelijke elementen zou blijken dat de laattijdige betaling niet te wijten is aan omstandigheden onafhankelijk van de wil van de belastingplichtige.”

Wij kunnen tevreden zijn met deze tolerantie in de wetenschap dat toevallige en onvrijwillige overtredingen niet onmiddellijk “zwaar” financieel gesanctioneerd worden.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 27/05/2025)




Nieuw rekeningnummer voor de betaling van de verschuldigde BTW vanaf 01/10/2025.

De nieuwe BTW-ketting werd ingevoerd vanaf 01/01/2025 en hierbij werd voorzien in een nieuw rekeningnummer voor de betaling van de verschuldigde BTW.

Vanaf 01/10/2025 zal elke BTW-plichtige gehouden worden om de verschuldigde BTW te betalen op het rekeningnummer BE41 6792 0036 4210.

Betalingen tot en met 30/09/2025 dienen te geschieden op het rekeningnummer van BTW-Ontvangsten Brussel BE22 6792 0030 0047.

Aangezien de BTW-plichtige jarenlang gewend is geweest om deze betaling op het rekeningnummer van de BTW-Ontvangsten Brussel uit te voeren zijn misverstanden en de financiële gevolgen hiervan niet uit te sluiten.

Stip 01/10/2025 dan ook aan in uw agenda en verwijder alvast BTW-Ontvangsten Brussel als begunstigde uit uw bankapplicatie. Zodoende bent u voorbereid en kunnen er geen misverstanden geschieden.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 27/05/2025)




Uw buitenlandse rekeningen al aangemeld bij het Centraal Aanspreekpunt?

Steeds meer Belgen hebben een buitenlandse rekening. Wij denken bijvoorbeeld aan buitenlandse effectenrekeningen en/of cryptorekeningen. Uiteraard is dit niet verboden maar dit gegeven vergt toch enige aandacht en administratie.

Buiten het gegeven dat de inkomsten uit deze buitenlandse rekeningen dienen te worden aangegeven in de personenbelasting, heeft u tevens de verplichting om deze rekeningen aan te melden bij het Centraal Aanspreekpunt of het CAP.

Indien deze buitenlandse rekeningen niet worden aangegeven in de personenbelasting en er wordt nagelaten om deze buitenlandse rekeningen te melden bij het CAP kan er uiteraard beboet worden.

Dus toch nog snel de buitenlandse rekening correct melden bij het CAP vooraleer je aangifte doet van deze buitenlandse rekening in de aangifte personenbelasting.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 29/04/2025)




Tax On Web open vanaf 28/04/2025 – vergeet uw aangifte personenbelasting niet!

Op 28/04/2025 zal Tax On Web opengesteld worden voor het publiek en kan iedere burger de voorbereidingen treffen voor de indiening van de aangifte personenbelasting aanslagjaar 2025 – inkomstenjaar 2024.

Belastingplichtigen dewelke een niet complexe aangifte indienen zullen dit via Tax On Web moeten doen uiterlijk op 15 juli 2025.

Complexe aangiften moeten dan weer uiterlijk ingediend worden op 16 oktober 2025.  De fiscus beschouwt een aangifte als complex als deze aangifte één van de volgende elementen bevat:

  • Winsten en/of baten
  • Bezoldigingen van bedrijfsleiders
  • Bezoldigingen van meewerkende echtgenoten
  • Buitenlandse beroepsinkomsten

Wenst u geen toepassing te maken van de Tax On Web applicatie, noteer dan dat een papieren aangifte uiterlijk moet worden ingediend op 30 juni 2025.

Noteer deze verplichting alvast in uw agenda want laattijdige aangiften personenbelasting hebben nare gevolgen zoals onder meer boetes, belastingverhogingen en een omkering van de bewijslast!

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 29/04/2025)




Quid fiscale aftrek plug-inhybride wagens?

Met betrekking tot de autofiscaliteit schreven wij een laatste artikel in onze nieuwsbrief op 29/03/2024.

Oorspronkelijk was het de bedoeling dat de plug-inhybrides, aangekocht vanaf 01/07/2023 in een uitdoofscenario zouden terechtkomen qua fiscale aftrek en voor plug-inhybrides aangeschaft vanaf 01/01/2026, zou er zelfs geen fiscale aftrek meer mogelijk zijn geweest.

Voor de plug-inhybrides aangekocht in de periode 01/07/2023-31/12/2025 was het volgende uitdoofscenario voorzien:

  • 2024:    100% maximale aftrek
  • 2025:    75% maximale aftrek
  • 2026:    50% maximale aftrek
  • 2027:    25% maximale aftrek
  • 2028 en volgende:   0% fiscale aftrek

Wij hopen dat de wetgever zo spoedig mogelijk verduidelijking kan brengen omtrent de toekomstige fiscale aftrekbaarheid van deze plug-inhybrides. Als bedrijfsleider is deze materie immers mee bepalend om te beslissen over uw nieuwe investering in een voertuig.

De hoger vermelde regeling en de wijzigingen gelden uiteraard niet voor de fake-hybrides.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 28/03/2025)




Vergeet uw eerste voorafbetaling niet uit te voeren vóór 10/04/2025!

Vennootschappen waarvan het boekjaar afsluit per 31/12/2025 alsook zelfstandigen kunnen best een eerste voorafbetaling organiseren vóór 10/04/2025. Dit om de aanzienlijke belastingvermeerdering van 6,75 % te neutraliseren of te reduceren.

Meer info met betrekking tot deze voorafbetalingen:

Zijn er op dit ogenblik onvoldoende liquide middelen, overweeg dan zeker een krediet voorafbetalingen bij uw financiële instelling!

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 28/03/2025)




Verplicht gebruik van gestructureerde elektronische facturen vanaf 01/01/2026!

Vanaf 01/01/2026 zullen BTW-plichtige ondernemers en Vennootschappen hun elektronische facturen aan hun BTW-plichtige afnemers moeten verzenden over het Peppol-netwerk.

Er resteert deze BTW-plichtigen dan ook maar 9 maanden meer om zich voor te bereiden op deze verplichting.

Het zal dus niet meer voldoende zijn om uw facturen op papier te maken en te verzenden. Ook een mail met een PDF-, Excel- of Word-bestand zal niet meer voldoen. De sanctie zal immers zijn dat de BTW voor de ontvanger van de factuur niet recupereerbaar zal zijn. U mag zich er dan ook aan verwachten dat uw BTW-plichtige klanten vanaf 01/01/2026 enkel nog facturen zullen aanvaarden die ontvangen worden over het Peppol-netwerk!

Een lijst met conforme softwaretoepassingen kan worden geconsulteerd op de website e-factuur van onze overheid.

Een goed voorbereid ondernemer is er twee waard en wij kunnen stellen dat er opnieuw een serieuze stap wordt gezet naar een volledige digitalisering van facturatie en boekhouding.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 28/03/2025)




DBI-beleggingen worden minder interessant voor de vennootschap!

Vandaag de dag wordt er door vennootschappen veel belegd in DBI-beleggingen en de redenen hiervoor zijn logisch:

  • Meerwaarden worden niet belast in de vennootschapsbelasting
  • Dividenden worden niet belast in de vennootschapsbelasting en de ingehouden roerende voorheffing wordt in mindering gebracht van de verschuldigde vennootschapsbelasting.

Dit in tegenstelling tot andere beleggingsproducten waarvan meerwaarden wel belast worden in de vennootschapsbelasting alsook de dividenden.

De opgenomen maatregelen in het regeringsakkoord De Wever I zullen de DBI-beleggingen in de toekomst minder interessant maken:

  • 5% vennootschapsbelasting op de meerwaarde
  • roerende voorheffing op dividenden enkel nog verrekenbaar met de verschuldigde vennootschapsbelasting indien wordt voldaan aan de nieuwe minimale bedrijfsleidersbezoldiging (50.000 euro + jaarlijkse indexering)

Het is nog niet duidelijk vanaf wanneer deze nieuwe regelgeving wordt ingevoerd (vanaf 01/01/2026?) maar misschien dient u te overwegen om uw winst op deze DBI-beleggingen nog te nemen voor het jaareinde?

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 27/02/2025)




Wat brengt de toekomst voor VVPR bis en VVPR ter?

KMO-vennootschappen die aan de voorwaarden voldoen kunnen dividenden uitkeren aan het verminderde tarief van 15% roerende voorheffing (VVPR bis).

Als ondernemer en/of KMO-vennootschap mogen wij dan ook blij zijn dat deze maatregel in het regeerakkoord De Wever I gevrijwaard is gebleven.

KMO-vennootschappen dewelke niet in aanmerking komen voor VVPR bis, maakten in het verleden vaak gebruik van de VVPR ter regeling. Wellicht beter bekend als het aanleggen van liquidatiereserves.

Het aanleggen van deze liquidatiereserves heeft een afzonderlijke vennootschapsbelasting van 10% tot gevolg maar heeft wel als voordeel dat deze liquidatiereserves kunnen uitgekeerd worden aan een verminderd tarief roerende voorheffing of zelfs zonder roerende voorheffing in plaats van 30%:

  • Na een sperperiode van 5 jaar: 5% roerende voorheffing
  • Bij liquidatie vennootschap: 0% roerende voorheffing

De VVPR ter regeling zal in de toekomst licht gewijzigd worden met dien verstande dat er twee wijzigingen zullen worden ingevoerd:

  • De sperperiode wordt ingekort tot 3 jaar in plaats van 5 jaar
  • Het tarief roerende voorheffing bij uitkering na de sperperiode wordt opgetrokken van 5% naar 6,5%

Na invoering van deze wijzigingen zal de fiscale druk op deze VVPR ter dividenden gelijk zijn aan 15% (afzonderlijke belasting 10% + 6,5% roerende voorheffing) als deze worden uitgekeerd na een sperperiode van 3 jaar. Worden deze liquidatiereserves uitgekeerd naar aanleiding van de liquidatie van de vennootschap zal er net zoals op vandaag geen roerende voorheffing meer verschuldigd zijn.

Wij mogen dan ook concluderen dat de regeringsonderhandelaars op het vlak van VVPR bis en VVPR ter zeer billijk zijn geweest.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 27/02/2025)




In de toekomst meer bedrijfsleidersbezoldiging uitkeren door uw vennootschap?

KMO-vennootschappen kunnen genieten van het verlaagde tarief in de vennootschapsbelasting (20% op de eerste 100.000 euro belastbare winst) als ze aan een aantal voorwaarden voldoen.

Eén van de voorwaarden is dat er voldoende bedrijfsleidersbezoldiging wordt uitgekeerd aan één van de bedrijfsleiders. Vandaag bedraagt deze minimale bezoldiging 45.000 euro inclusief voordelen alle aard of de minimale bezoldiging van één van de bedrijfsleiders moet hoger zijn dan de belastbare winst in de vennootschap.

Het regeerakkoord De Wever I voorziet in de toekomst in een verhoging van deze bezoldigingsvoorwaarde. Deze bedrijfsleidersbezoldiging zal minimaal 50.000 euro moeten bedragen en dit bedrag zal jaarlijks geïndexeerd worden.

Bovendien zullen de voordelen alle aard in dit bedrag bedrijfsleidersbezoldiging maximaal 20% mogen bedragen.

Het valt dan ook te verwachten dat het aangewezen zal worden om uw huidige bedrijfsleidersbezoldiging uit de vennootschap in de nabije toekomst fiscaal te analyseren van zodra deze nieuwe regelgeving een feit wordt.

Er zal immers dienen te worden nagegaan of de verhoging van de bedrijfsleidersbezoldiging wel opweegt tegen het verlies van het KMO-tarief in de vennootschapsbelasting!

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 27/02/2025)