1

Zal de KMO mee de Belgische putten dempen?

Tijdens de regeringsonderhandelingen op het federale niveau lekte er in de media en op sociale media informatie uit over de supernota De Wever. Deze informatie is zorgwekkend voor de fiscale toekomst van de Belgische KMO omdat er toch een aantal belastende maatregelen in worden voorgesteld zoals ondermeer:

  • de afschaffing van de liquidatiereserve?
  • uitdoving van de VVPR-bis regeling (verminderd tarief 15% roerende voorheffing dividend)?
  • verhoging roerende voorheffing op liquidatiereserves na sperperiode 5 jaar?
  • inperking van het DBI-regime?
  • interne meerwaarden en aandelenverkoop belastbaar aan 33%?
  • verhoogd minimumloon bedrijfsleiders voor toepassing verlaagd tarief vennootschapsbelasting (45 Keur naar 50 keur met jaarlijkse indexatie)?
  • herwaardering voordellen alle aard (belasten op de werkelijke waarde van het voordeel)?
  • beperking fiscale voordelen aandelenopties en warranten?
  • inperking kader kosten eigen aan de werkgever?
  • zwaardere belasting op tankkaarten?
  • belasting op meerwaarde aandelen?

Het weze gezegd dat een invoering van dergelijke maatregelen fiscaal en financieel een aanzienlijke impact zullen hebben op de KMO-vennootschappen en aandeelhouders van deze vennootschappen.

De compensaties dewelke men zal bekomen in de personenbelasting ten gevolge de verlaging van de fiscale druk op arbeid kunnen nooit de hoger vermelde maatregelen compenseren.

Wij zijn er van overtuigd dat een grondige hervorming van de fiscaliteit (tabula rasa!) noodzakelijk is en houden er rekening mee dat dit een financiële impact zal hebben op de KMO-vennootschappen.

Maar voor de inspanningen die gevraagd worden van de KMO-vennootschappen hoort een tegenprestatie en het minste wat gevraagd of geëist kan worden is ons inziens het volgende:

  • meer rechtszekerheid
  • meer rechten voor de belastingplichtige
  • meer beheer van de overheidsmiddelen als een goed huisvader
  • minder overheid
  • minder overheidsbeslag
  • minder rechten voor de fiscus
  • minder regelneverij

Wellicht zullen deze zaken niet mee genomen worden in de hervormingen en zullen de rechten van de belastingplichtige verder beknot worden. Een spijtige tendens die de laatste jaren overduidelijk is!

Een aanvullende belasting van de inkomsten moet immers gerechtvaardigd blijven in de wetenschap dat de Belgische KMO één van de steunpilaren is van onze welvaart.

Dus hopelijk geen tsunami aan vereffeningen na het regeringsakkoord en een fiscale hervorming die billijk is en rekening houdt met de verzuchtingen van de belastingplichtige.

Een gewaarschuwd KMO zal wellicht al zijn reserves aan het uitkeren zijn die vandaag nog aan een verminderd tarief roerende voorheffing kunnen uitgekeerd worden. Men kan ze geen ongelijk geven en anderzijds goed voor de huidige positie van de schatkist.

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 27/09/2024)




Heeft Uw KMO behoefte aan bijkomende financiering? Een Winwinlening of Vriendenaandeel?

Met de Winwinlening moedigt de Vlaamse overheid particulieren aan om een achtergestelde lening te verstrekken aan kleine en middelgrote ondernemingen (kmo’s) voor de financiering van investeringen en/of werkkapitaal.

Een particulier kan tot € 75.000 ontlenen aan een Vlaamse kmo, zelfstandige of vrije beroeper gedurende een looptijd van 5 tot 10 jaar. De ontlener dient deze middelen integraal aan te wenden voor zijn bedrijfs- of beroepsactiviteiten.

De kredietgever/natuurlijke persoon bekomt hiervoor een jaarlijks belastingkrediet (belastingvoordeel) van 2,5% op het openstaande kapitaal van de Winwinlening en maximaal 1,75% bruto intrest (1,75% – 30% RV = 1,225% netto intrest). De maximale intrest voor 2021 zal eerstdaags bekend gemaakt worden.

Hebt u als ondernemer groeiplannen, investeringsplannen of simpelweg behoefte aan liquiditeit binnen uw onderneming, dan is de versie 2.0 van de Winwinlening mogelijk voor u een ideale oplossing.

U kan maximaal € 300.000 ontlenen via verschillende Winwinleningen. De kostprijs als kredietnemer blijft beperkt tot 1,75% (rentevoet 2020) op jaarbasis en U dient geen rekening te houden met dossierkosten of zekerheden dewelke gevraagd worden door de tegenpartij.

Wat wel belangrijk is … U zal de particulieren moeten overtuigen door middel van een goed businessplan/financieel plan. De lening is dan wel deels gewaarborgd door de Vlaamse Overheid, het blijft een financieel risico voor de uitlener.

De volledige informatie omtrent de winwinlening kan U consulteren via VLAIO.

Vanaf midden februari 2021 lanceert en ondersteunt onze Vlaamse Overheid ook een mogelijkheid om uw kapitaal te versterken. De eerste informatie hieromtrent is alvast beschikbaar via deze link.

 

(Auteur: Bruno Van De Poel (bruno@abeka.be, mobile 0472/61.11.64 ), Kredietexpert en KMO-adviseur)




Nog snel investeren vóór 31/12/2019?

De derde fase uit het zomerakkoord 2017 treedt in werking vanaf 01/01/2020. Voor KMO-vennootschappen heeft deze derde fase ondermeer een gevolg op de fiscaliteit met betrekking tot de investeringen:

  • Tot en met 31/12/2019 kan de KMO-vennootschap een investeringsaftrek genieten van 20% dewelke ten hoogste 1 jaar overdraagbaar is. Deze investeringsaftrek is van toepassing op nieuwe activa, die door de KMO-vennootschap uitsluitend voor de beroepsactiviteit worden gebruikt en over een periode van minstens 3 jaar worden afgeschreven. De investeringsaftrek wordt gereduceerd naar 8%.
  • Vanaf 01/01/2020 moeten de afschrijvingen pro rata temporis berekend worden. Dit impliceert dat de afschrijvingen op nieuwe activa in het aanschaffingsjaar slechts afgeschreven worden vanaf de datum van de aankoop. (bedrag investering * % * xxx/365). De bijkomende kosten op de investeringen moeten éénmalig afgetrokken worden of hetzelfde afschrijvingsritme als de hoofdzaak ondergaan.
  • Er kunnen geen degressieve (versnelde) afschrijvingen meer toegepast worden op nieuwe investeringen na 31/12/2019. Dit fiscale gunstregime wordt met andere woorden afgeschaft.

Rekening houdende met voorgaande, de verdere daling van de tarieven inzake vennootschapsbelasting en op basis van de resultaten van Uw KMO-vennootschap kan het zeker aangewezen zijn om Uw investering nog snel te realiseren vóór 31/12/2019 en fiscaal te optimaliseren !

(Auteur: Edwin Van Lommel, erkend boekhouder-fiscalist BIBF 301 96 807)




Vermindering vennootschapsbelasting

De regering besliste in het Zomerakkoord tot een belangrijke hervorming van de vennootschapsbelasting. De grote lijnen van de verschillende maatregelen zijn bekend. Ze moeten in de loop van de volgende maanden echter nog concreet vertaald worden in regelgeving. Onderstaand overzicht is dus voorlopig en aan verandering onderhevig.

 

Verlaging tarieven vennootschapsbelasting

Zoals blijkt uit deze tabel krijgen KMO’s (minder dan 50 werknemers – omzet < 9 miljoen € – balanstotaal < 4,5 miljoen) een extra verlaging vennootschapsbelasting:

  • 20,4 % (incl. crisisbijdrage) voor de eerste 100.000 euro winst in 2018, vanaf 2020 is dit 20%, MAAR !!!!!!
    • Elke vennootschap zal jaarlijks aan minstens 1 bedrijfsleider/natuurlijk persoon een bezoldiging moeten uitkeren van minstens 45.000 euro, ofwel een bedrag gelijk aan de winst vóór belastingen als die lager is dan 45.000 euro, zo niet volgt er een bijzondere aanslag. Het tarief van deze bijzondere aanslag is gelijk aan 10% op het te weinig uitgekeerde bedrag van de bezoldiging. Deze bijdrage is wel fiscaal aftrekbaar.
    • Pas opgerichte vennootschappen zouden gedurende de eerste vier jaar niet aan de hierboven vernoemde voorwaarde moeten voldoen.
    • Kritische vraag: is dit niet het ontmoedigen van het gebruik van vennootschappen?
    • Vele exploitatievennootschappen keren geen bezoldiging uit aan hun bedrijfsleider, maar wel een managementvergoeding aan de managementvennootschap. Van daar uit wordt de bedrijfsleider bezoldigd. Zoals het vandaag ook reeds aan de orde is, komt de werkvennootschap dus niet in aanmerking voor het verlaagd tarief. Maar deze exploitatievennootschappen zullen nu een extra belasting ondergaan via de bijzondere aanslag: dit betekent een extra belasting van 4.500 euro ………

 

Extra positief nieuws:

  • Kleine ondernemingen zouden echter hun verlaagd tarief niet verliezen indien zij dividenden uitkeren die hoger zijn dan 13% van het gestort kapitaal.


Er zijn ook bijkomende fiscale lastenverlagingen voorzien in 2018:

  • De bestaande investeringsaftrek voor KMO-vennootschappen van 8 % wordt in 2018 tot 20 % verhoogd;
  • Gefaseerde uitbreiding van de vrijstelling van doorstorting bedrijfsvoorheffing voor wetenschappelijke onderzoekers naar bachelors;
  • Afschaffing belasting 0,4% op meerwaarden van aandelen gerealiseerd door grote ondernemingen.

In onze volgende nieuwsbrief gaan wij voor minder goed nieuws: de compenserende lastenverhogingen !!!!

 

(Auteur: Georges Bauwens, erkend boekhouder-fiscalist BIBF 301 85 790)




Ontdek de nieuwe Startlening+ en KMO-cofinanciering

Bent u als starter of KMO op zoek naar een financiering?  Dan kunnen de nieuwe formules van het Participatiefonds Vlaanderen een interessante optie zijn.  De nieuwe formules vervangen met onmiddellijke ingang de bestaande Startlening, Starteo, Optimeo en BA+.

Deze nieuwe producten betekenen enerzijds een verruiming van de bedragen, alsook een verruiming van de doelgroep.  Voortaan kunnen niet enkel kleine, maar ook middelgrote ondernemingen in aanmerking komen voor financiering via PFV.

Voortaan kan u beroep doen op volgende financieringen:

Startlening+: Deze formule biedt alle starters de mogelijkheid om een achtergestelde lening tot € 100.000 (of maximum 4x de eigen inbreng) af te sluiten.  Vanaf nu komen dus niet alleen werkzoekenden hiervoor in aanmerking, maar alle starters die hoogstens 4 jaar actief zijn als zelfstandige in hoofdberoep.  De rentevoet is eveneens verlaagd naar 3%.  Voor werkzoekenden blijven er nog een aantal extra’s voorzien.  Lees meer over de voorwaarden en aanvraagprocedure.

Voor aanvragen en begeleiding bij de indiening van de Startlening kunt u zich wenden tot aanbrengers (zie o.a. onze partner in startersbegeleiding Startersnet, Sonja Van Remoortere) en kredietinstellingen waarmee het Participatiefonds samenwerkt.

KMO-cofinanciering: Dit is een achtergestelde lening van maximum € 350.000 (of 4x de eigen inbreng) bestemd voor starters en bestaande ondernemingen.  De lening wordt steeds gecombineerd met een cofinanciering van een bank, investeringsfonds of business angel(s).  De cofinancier staat in voor minstens 20% van de globale financieringsbehoefte.  Participatiefonds Vlaanderen kan tot 50% van de globale behoefte financieringen.  Lees meer over de voorwaarden en aanvraagprocedure.

 

(Bron: Agentschap Ondernemen Vlaanderen)




ParticipatieMaatschappijVlaanderen

aParticipatieMaatschappijVlaanderen (PMV) geeft als jonge zelfstandige investeringsmaatschappij een nieuwe impuls aan het Vlaams economisch overheidsinitiatief. Zo geeft PMV gestalte an de ARKimedes-regeling, die private risicokapitaalverschaffers moet aanzetten tot het investeren in Vlaamse KMO’s.

Link website PMV




KMO-financieringsproducten van de overheid

Starters en KMO’s in Vlaanderen kunnen een beroep doen op een hele reeks overheidsinstrumenten voor de financiering van hun bedrijfsactiviteiten. Hieronder volgt een overzicht van de financieringsproducten aangeboden door zowel Vlaamse als federale overheidsorganisaties.

Op volgende link vindt u meer informatie over Optimeo, Starteo, Vriendenlening, Ban Vlaanderen, Business Angel+, Bizmotor, Bizkapitaal, ARKimedes, …..

Website Agentschap Ondernemen