1

Waarom geen verlengde aangiftetermijnen btw in de zomermaanden zonder complexiteit?

Naar jaarlijkse gewoonte verleent de fiscus U tijdens de zomermaanden meer tijd om de btw-aangiften in te dienen, het zogenaamde zomeruitstel:

  • btw 2e kwartaal = 10/08/2023
  • btw juni 2023 = 10/08/2023
  • btw juli 2023 = 08/09/2023

Handig ware het niet dat de tolerantie voor de indiening van de periodieke aangifte met betrekking tot de handelingen van de maanden juni, juli en van het tweede kwartaal enkel geldt inzake de boete wegens laattijdige indiening! De betaling van de verschuldigde btw kan niet uitgesteld worden tot de uitgestelde aangiftetermijnen wenst U niet geconfronteerd te worden met verwijlintresten. De uiterste betaaldata zijn de volgende:

  • btw 2e kwartaal = uiterlijk 20/07/2023
  • btw juni 2023 = uiterlijk 20/07/2023
  • btw juli 2023 = uiterlijk 21/08/2023

In eerste instantie zullen er bij een laattijdige betaling verwijlintresten aangerekend worden maar deze worden geannuleerd als U zich houdt aan de volgende voorschriften:

  • btw 2e kwartaal 2023 = betaling van de btw dewelke U als kwartaalgever verschuldigd was voor het 1e kwartaal 2023 vóór 20/07/2023 en betaling van het saldo vóór 10/08/2023.
  • btw juni 2023 = betaling van de btw dewelke U als maandaangever verschuldigd was voor mei 2023 vóór 20/07/2023 en betaling van het saldo vóór 10/08/2023
  • btw juli 2023 = betaling van de btw dewelke U als maandaangever verschuldigd was voor juni 2023 vóór 21/08/2023 en betaling van het saldo vóór 08/09/2023

Weet dat er geen kwijtschelding zal zijn van verwijlintresten in het geval de verschuldigde btw meer dan 125.000 euro bedraagt.

Wenst U de terugbetaling van Uw btw-tegoeden, dan kan er geen toepassing gemaakt worden van het zomeruitstel. Opdat de maandindieners met een vergunning ‘maandelijkse teruggave’ en de starters kunnen genieten van een maandelijkse terugbetaling, moeten de aangiften van juni 2023 en juli 2023 respectievelijk ingediend worden ten laatste op 24 juli 2023 en 24 augustus 2023.

Waarom niet een algemeen en eenvoudig uitstel? Gewoon een latere indiening in combinatie met een latere betaling zou het zowel voor belastingplichtige als fiscus een stuk eenvoudiger maken.

Eenvoud siert toch, niet? En heeft niet iedereen recht op een welverdiende stressvrije vakantie?

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 29/06/2023)




Welke intresten van toepassing voor inkomstenjaar 2023?

Ook voor inkomstenjaar 2023 werden een aantal intrestvoeten wettelijk vastgelegd. Gezien de forse stijging van sommige intrestvoeten wensen wij U deze niet te onthouden:

  • intresten voor vorderingen op B2C klanten: 5,25%
  • intresten voor vorderingen op B2B klanten: 10,5% (eerste semester 2023)
  • verwijlintresten schulden vennootschapsbelasting: 4%
  • verwijlintresten schulden personenbelasting: 4%
  • verwijlintresten schulden btw: 8%
  • moratoriumintresten tegoeden vennootschapsbelasting/personenbelasting: 2%
  • moratoriumintresten tegoeden btw: 6%
  • creditintrest R/C bestuurder: 5,7%
  • debetintrest R/C bestuurder: ??

De debetintrest voor de vorderingen van de vennootschap op de bestuurder/zaakvoerder zal slechts bekend worden gemaakt in het voorjaar van 2024. Gezien de stijgende intrestvoeten valt het te verwachten dat deze debet-intrest aanzienlijk hoger kan zijn dan de 7,14% voor inkomstenjaar 2022. Een gewaarschuwd bestuurder is er twee waard!

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 29/03/2023)




De gevolgen van een laattijdige btw-aangifte worden nog zwaarder!

Vanaf 01/01/2023 wordt het nog belangrijker om een tijdige btw-aangifte in te dienen.

Iedere welingelichte btw-plichtige weet reeds dat de periodieke btw-aangifte moet ingediend en betaald worden tegen de 20e van de maand volgend op de betreffende btw-periode.

De sancties en de gevolgen van een laattijdige btw-aangifte zijn immers niet mals. Eerst en vooral worden laattijdige btw-aangiften bestraft met een fiscaal niet aftrekbare boete van 100 euro per aangifte en per maand vertraging en dit met een maximum van 1.000 euro. Een laattijdige btw-aangifte gaat meestal ook gepaard met een laattijdige betaling en heeft dus ook verwijlintresten tot gevolg. Deze verwijlintresten bedragen voor kalenderjaar 2023 een aanzienlijke 8% op jaarbasis.

Bij een laattijdige btw-aangifte geeft U vanaf heden ook de fiscus meer armslag om te controleren. De verjaringstermijn voor de betreffende aangifte zal in dat geval gebracht worden op 4 jaar in plaats van 3 jaar.

De stipte en tijdige aanlevering van Uw boekhouding aan de accountant kan U ook heel wat centen opleveren!

 

(Auteur: Edwin Van Lommel – Fiscaal Accountant 11308681 – 28/02/2023)




Mogen verwijlintresten worden aangerekend bij niet tijdige betaling van een factuur?

Indien niet binnen de gestelde termijn wordt betaald, kan de verkoper of de dienstverstrekker verwijlinteresten aanrekenen, zelfs al wordt in de algemene voorwaarden geen enkele schadevergoeding bepaald.

  • Ofwel wordt in de algemene voorwaarden niets bepaald, en bent U verwijlinteresten verschuldigd zodra de verkoper of de dienstverstrekker U in gebreke stelt door een aanmaning van de deurwaarder of een aangetekende brief.
    Hij kan U dan interesten aanrekenen tegen het wettelijk percentage.  Elk semester wordt er een nieuwe intrestvoet bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad;
  • Ofwel wordt in de algemene voorwaarden bepaald dat in geval van betalingsachterstand automatisch interesten zullen worden aangerekend.
    In dat geval dient U die te betalen zonder te wachten dat U in gebreke wordt gesteld en zelfs indien het toegepaste percentage hoger ligt dan het wettelijk percentage, maar evenwel niet onredelijk veel hoger.

In de algemene voorwaarden kan eveneens een bijkomende vergoeding worden voorzien, in geval van betalingsachterstand!
Een dergelijke clausule is enkel geldig indien een gelijkaardige vergoeding wordt bepaald ten laste van de verkoper of van de dienstverstrekker, indien die hun verplichtingen niet nakomen (laattijdige levering…).
Dergelijke vergoeding moet in verhouding blijven tot de geleden schade.

De verkoper of dienstverstrekker kan van U de betaling van een factuur eisen binnen de 10 jaar, wat betreft de vorderingen die in het contract zijn bepaald.

Daarnaast voorziet het burgerlijk wetboek een reeks kortere verjaartermijnen, waaronder:

  • 6 maanden voor hotel- en restaurantrekeningen;
  • 1 jaar voor deurwaarderskosten;
  • 2 jaar voor medische kosten;
  • 5 jaar voor advocaatkosten.

Indien U eventueel wordt gevraagd een reeds verjaarde factuur te betalen, dan bent U vrij die verjaringstermijn in te roepen via een aangetekende brief, gericht aan de verkoper of de dienstverstrekker.

 

(Bron: www.mineco.fgov.be)